S~Z iy 7 DECEMBER 1966. van doorstroomapparaten in dit complex. De heer QUADEKKER zegt er tussendoor dat de raad destijds heeft uit gemaakt dat er voorschotten gegeven worden van 189.197, -- en 1.266.313, en dat het rijk nu 16 mille meer geeft. Wethouder VERMEULEN gelooft dat de enige denkfout die de heer Qua- dekker maakt, is dat hij meent, dat het rijk zo vriendelijk is om meer uit te keren, dan voor de grond- en stichtingskosten nodig zou zijn. De gemeen te heeft indertijd een voorschot verleend van 189.197, -- maar men kan er heilig van overtuigd zijn, dat het rijk heeft vastgesteld, dat de reali teit 190.523, 35 is. Datzelfde geldt voor die 1.266.313, -- waarvan het rijk achteraf heeft vastgesteld, dat het 1.281.497, -- is. De gemeente heeft daar geen cent van overgehouden omdat het de werkelijke kosten zijn. Hetzelfde geldt voor het bedrag van 14.000, - -, dat naderhand is verlaagd tot 13.329,--. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 9. VERHOGING VAN HET KREDIET VOOR DE STICHTINGSKOSTEN VAN HET COMPLEX 728 WONINGEN ANNEX 138 GARAGES IN HET UITBREI DINGSPLAN "HOGE VUCHT II". De heer QUADEKKER zegt, dat in het voorstel een aantal cijfers staat en dat er dan een totaal staat, waarachter tussen haakjes het woord afgerond. Daar staat een totaal van 1.679.526, --, dit moet zijn 1.670.526, --. Bovendien is dan het totaal niet 19.097.143, --. De cijfers zijn in ieder geval verkeerd. Wethouder VERMEULEN zegt het leuk te vinden, dat hij de heer Qua- dekker, die consciëntieus alle stukken leest, nu eens kan vragen op een door hem gemaakte fout. Het eindbedrag is goed, maar het bedrag van 1.679.526,-- moet gewijzigd worden in 1.670.526,--, dit is een type fout. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 10. VERKOOP VAN WONINGWETWONINGEN. Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten. 11. BENOEMING VAN LEDEN EN PLAATSVERVANGENDE LEDEN VAN DE COMMISSIE BEDOELD IN ARTIKEL 8, le LID, VAN DE WOONRUIMTE- WET 1947. Overeenkomstig het voorstel worden benoemd tot lid-voorzitter de heer E. L. C. Kalle, tot leden mevrouw W.M.A.Esser-Esser en de heren W.H. F. van Oosterhout, C.A.H.van Swol en E. Verhagen, tot plaatsvervangende leden de heren C.A.van Duijl, J.Schelling en A.J.Verhaeren. 12. HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE VERNIEUWING

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 524