53
16 FEBRUARI 1966.
De heer BARIJ heeft bewondering voor en spreekt zijn vreugde uit over
de grote zorg die wethouder Vermeulen aan deze bomen heeft besteed.
Spreker blijft met de moeilijkheid zitten dat hij de dienst van beplantin
gen niet ter verantwoording kan roepen. Hij ziet nog steeds niet in waarom
dit advies in 1965 niet is gegeven, omdat er toch totaal geen nieuwe om
standigheden aan het licht zijn gekomen.
Dat het grondwater op een gegeven moment bij de oude wortels terecht
zou komen is naar spreker's mening toch ook een feit dat in 1965 bekend
had kunnen zijn.
Objectief is echter het gegeven over de ouderdom van de bomen en ook
daarvan is echt niets veranderd. Spreker kan wat dit betreft het beleid van
burgemeester en wethouders niet zo verschrikkelijk bewonderen.
Wethouder VERMEULEN vraagt niet om bewondering maar wel om begrip.
De heer VAN DER WERFF wil gaarne zijn dank uitspreken aan het adres
van wethouder Vermeulen dat hij zo open zo veel informatie hierover
heeft gegeven.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
33. ONTTREKKING AAN HET OPENBAAR VERKEER VAN EEN GEDEELTE
VAN HET WILHELMINAPARK.
De heer VAN DER WERFF zegt dat het woord "openbaar verkeer" hem
met schrik deed denken, dat dit gedeelte van het park geheel werd afge
sloten. Uit de tekening blijkt echter dat het voor voetgangers open blijft.
Spreker meent echter dat onder openbaar verkeer ook het voetgangersver
keer werd verstaan. Hij verzoekt daarom om een nadere toelitmting van
burgemeester en wethouders.
Wethouder VERMEULEN is van mening dat bij het voorstel tot recon
structie van dit gedeelte van het Wilhelminapark het nodig zal zijn aan
de raad meer informatie te verschaffen dan op dit ogenblik is gegeven.
Thans gaat het echter om de wettelijke procedure tot het onttrekken aan
het openbaar verkeer van dit weggedeelte. Hij stelt zich voor er thans niet
veel geld in te stoppen. De situatie zal blijven zoals het thans is, Alleen
het doorgaand verkeer van de vijver of naar de Wilhelminasingel en om
gekeerd dient geweerd te worden. Bij de reconstructie is het inderdaad wel
de bedoeling, dat langs de vijver een voetpad wordt gehouden. Het voet
gangersverkeer kan thans ook nog plaatsvinden langs ae bestaande weg.
De VOORZITTER deelt mede dat dus het openbaar vervoer wordt geweerd
van dit weggedeelte.
Wethouder VERMEULEN beaamt dit. Doch eerst moet de openbare weg
aan het verkeer worden onttrokken en daarna wordt de weg weer opengesteld
voor voetgangersverkeer.
Mevrouw DE BONTE vraagt of onder het rijdend verkeer ook de fietsers
zijn begrepen.