.428- 14 DECEMBER 1966. WONINGBOUW. Onze fractie is verontrust over de afwijzing door G. S. van de over eengekomen grondruil met Prinsenbeek. Wij dringen er bij Uw college op aan G. S. met de meeste klem te verzoeken op korte termijn haar standpunt inzake de annexatie kenbaar te willen maken, ten einde de woningbouw in Breda niet te doen stag neren. Het is ons gebleken dat met name de bouw in de vrije sector en in de premiesector schrikbarend terugloopt. Uit publicaties blijkt dat in West-Brabant een dieptepunt in de woning bouw is bereikt. Gaarne vernemen wij van Uw college of het gemeentebestuur moge lijkheden ziet om op een of andere wijze hierin verbetering te brengen. CULTUREEL BELEID. Onze fractie vraagt zich af of het gevoerde culturele beleid niet een te grote belasting vormt voor de gemeentelijke financiën. Zijn wij goed ingelicht dan is de Bredase schouwburg de zwaarst ge subsidieerde schouwburg vah het land. Wij hebben vertrouwen in het beleid van de nieuwe directeur en heb ben begrip voor de moeilijkheden, die er rond de exploitatie van de schouwburg zijn, maar spreken toch de hoop uit dat in de volgende ja ren de tekorten minder zullen worden. Wij spreken ook onze waardering uit voor de oplossing, die Uw col lege heeft gevonden inzake de subsidiëring van Proloog. Wij dringen er bij Uw college wel op aan een zelfde regeling te tref fen ten aanzien van het Zuidelijk Toneel. Wij zouden gaarne Uw college in overweging geven nogmaals te be zien of niet op enigerlei manier een samenwerking of samenstelling kan worden bevorderd tussen de gemeentelijke en de particuliere muziek school. OPENBAAR VERVOER. Wij zijn van mening, nu de raad een bijdrage beschikbaar heeft ge steld ten behoeve van de exploitatietekorten op de stadsdiensten van de B.B.A.het aanbeveling zou verdienen de frequentie van de diensten althans zeker in bepaalde nu al druk bewoonde wijken op te voeren. Tenslotte spreken wij onze waardering uit voor het vele werk dat door Uw college is verricht en spreken de hoop uit, dat wij gezamen lijk in goed onderling vertrouwen mogen arbeiden aan het welzijn van de Bredase bevolking. De heer KROON zegt: "Mijnheer de voorzitter", •Hét 'zou ook èrgens een voordeel hebben, wanneer men bijna als hekke- sluiter moet optreden, zoals op het ogenblik kennelijk het geval is. In het verleden was dat niet zo, en was ik de derde die bij de algemene

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 581