-dry 8 A4tr 14 DECEMBER 1966. zijn die door de mazen van de wet zijn gekropen, maar daarnaast kan men stellen dat er ook nog mensen zijn die men had moeten intemèren, doch die nooit in een kamp hebben gezeten. De jongeren weten absoluut niets van deze kampen, doch hij vindt het helemaal geen volksbelang om daarover verder uit te wijden. Indien men dit wenst kan dit en dan zal spreker gefundeerd voor de dag komen. De verhoudingen zijn zo heel anders geworden en het is voor vele ouderen zelfs moeilijk om de juiste verhoudingen te zien. Bovendien wil spreker er nog aan toevoegen dat er zovelen, waarbij ook vele ex- nazi's in de anonimiteit zijn gedoken. De VOORZITTER onderbreekt spreker met de mededeling dat de heer Woestenberg veel zegt dat weinig ter zake doet en dat hij er geen be zwaar tegen heeft dat de heer Woestenberg zijn persoon wil verantwoord en. De heer WOESTENBERG vervolgt dat men hem met alle geweld met een hakenkruis wil beschilderen. Dat moet men dan maar voor eigen rekening nemen. Hij weet zelf het beste dat dit onjuist is. Hierbij wil hij nog aantekenen, dat men bij de verkiezingen in 1958 hem het teken van de C. P. N. op het jasje heeft gestoken. Men vergeleek toen zijn lijstje 6 met de uitslagen van de voorgaande verkiezingen op de C.P. N. - lijst. Men moet hierbij echter altijd bedenken dat wie aan de weg tim mert veel bekijks heeft en dat altijd alles anders gaat dan men wenst. Dit geldt zowel voor hem als voor alle andere raadsleden. Hij vindt het echter geen volksbelang om lang over deze situatie uit te wijden. Blijft men spreker hierover echter aanvallen dan zal de raad hierover nog nader horen. Spreker vindt dit zeer ernstig en is de mening toegedaan dat die ene publicatie een complete mythe wordt. Hij heeft het standpunt dat men moet horen en weder horen en hij verdedigt hele maal geen delinquenten en zeker geen bepaalde delinquenten. Overigens spreekt hij een protest uit tegen de voorgestelde verhoging van de hondenbelasting. Hondenbelasting op zich vindt spreker een pas kwil en indien burgemeester en wethouders alsmaar belastingen willen verhogen dan zou hij een belasting op luxe paarden willen invoeren. De ze zou de gemeentekas kunnen spekken. Ook tegen de verhoging van het marktgeld protesteert hij. Hij acht het niet juist, deze mensen, die in weer en wind staan, zwaarder te gaan belasten. Meerdere gemeentenaren hebben spreker aangesproken over de huur verhoging van de garages. Hij is van mening dat deze huurverhoging niet nodig en onlogisch is. Ten slotte merkt spreker op, dat men algemene jammerklachten hoort over de kapitaalschaarste. Voor het civic centre is echter wel geld. Het komt hem voor dat dit grootse project uitgesteld had moeten worden omdat dit project voor de gemeente Breda in de eerstkomende jaren veel te duur is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 593