445
15 DECEMBER 1966.
een beetje te veel begrip.
De gemeente Breda kan volledig begrip opbrengen, waarom men meent niet met
de agglomeratie mede te moeten doen. Men voelt het aan dat men eigen
lijk een andere agglomeratie zou kunnen hebben.
Indien men de gemeente Oosterhout noemt dan is het bekend, zo zegt
spreker, dat deze gemeente geprobeerd heeft de agglomeratie Oosterhout
te verwezenlijken met het absolute vooropgezette doel dat hierbij de Don-
gemond zou medespelen. Spreker kan hiervoor begrip opbrengen en hij
vindt het jammer voor de gemeente Oosterhout dat men hiervoor bij de
Dongemond geen geneigdheid heeft gevonden.
De Dongemond is zonder de gemeente Oosterhout gesloten en daardoor kon
de agglomeratie Oosterhout en Dongemond geen doorgang vinden.
Hieruit blijkt dat de gemeente Oosterhout, en dat noemt spreker verheugend
niet tegen agglomeratievorming is. Ook het tegen agglomeratie zijn mag
niemand kwalijk genomen worden. Het schijnt echter zo te zijn dat de ge
meente Oosterhout tegen een agglomeratie Breda is. Hij heeft hierover
een gesprek gehad en had toen de indruk dat er wel iets van terecht zou
komen.
Maar Oosterhout voelde dat zij qua grootte en qua betekenis in de agglo
meratie een afzonderlijke status moest hebben zo ongeveer als het:in Eind
hoven is, waar voor Geldrop en Valkenswaard een enigszins afwijkende
vorm is gekozen als voor de andere aangesloten gemeenten. Hij wijst er
echter op dat Valkenswaard niet aan Eindhoven grenst. In positieve zin
heeft Oosterhout zich nog niet uitgesproken en de gemeente Etten is bij
herhaling benaderd.
Spreker vindt het jammer dat de heer van Loon, die in zijn speech veel
geciteerd heeft, echter zaken naar voren brengt die niet kloppen. Hij
neemt dit echter de heer van Loon niet kwalijk, omdat hij dit niet weten
kon.
De heer van Loon heeft gezegd dat er een briefje van burgemeester en wet
houders van Etten was ontvangen en dat burgemeester en wethouders van
Breda het gemeentebestuur van Etten hebben teleurgesteld omdat zijdaar-
op nog geen antwoord hebben ontvangen.
Spreker benadrukt dat burgemeester en wethouders van Breda geen briefje
hebben ontvangen en dat het bedoelde schrijven was gericht aan een ande
re instantie. De gemeente Breda kan niet kwalijk genomen worden dat zij
dan geen antwoord geven.
Bij herhaling zijn er met de gemeente Etten besprekingen gevoerd endaar-
bij is gebleken dat zij niet afwijzend staat tegenover de agglomeratie ge
dachte, maar dat zij liggende tussen Breda en Roosendaal twee contacten
hierover moet onderhouden. Hiervoor kan dezerzijds niet alleen begrip
bestaan en zeker geen bezwaar.
Spreker gaat over tot puntsgewijze behandeling van de opmerkingen die
zijn gemaakt en zegt over de relatie overheid en burgerij dat burgemees
ter en wethouders in het verleden bij herhaling heeft gesteld dat de over
heid niet als voornaamste schepper van afstand tussen overheid en burgerij
mag worden gezien.
De lauwheid, de ongeïnteresseerdheid en apathie van de gemiddelde be
stuurde voor bestuurszaken heeft in wezen andere oorzaken dan het inge-
breke blijven van de overheid op het stuk van behartiging van public-re-