449
15 DECEMBER 1966.
Daarbinnen zal het openbaar onderwijs uiteraard ook een veilige positie
moeten hebben. Het zou bijzonder zijn toe te juichen wanneer in het
particuliere vlak van de schoolwereld er een samenspraak en een samen
werkingsverband groeide, waardoor burgemeester en wethouders zeer
duidelijk zouden kunnen onderkennen, bij wie zij terecht moeten wan
neer het over bepaalde zaken gaat. Op voorhand kan spreker de bereid
heid van burgemeester en wethouders uitspreken open te staan naar alle
richtingen om ten aanzien van een aantal zaken, die inderdaad nog in
ontwikkeling zijn, nieuwe vormen krijgen of organisatie behoeven en
dat zij bij elk positief geluid en elk goed voorstel dat hen bereikt van
harte met de medepartner zullen medestuderen.
Hierna wil spreker nog ingaan op enkele aspecten met betrekking tot
het contact met de burgerij. Zowel de heer Vis als de heer van Loon
hebben deze zaak in hun algemene beschouwingen naar voren gebracht.
De heer Vis heeft geattendeerd op bestaande overlegorganen, commis
sies, stichtingen e.d.zoals stichting maatschappelijk werk en destich-
ting bejaardenwerk, maar stelt daarbij dat het niet voldoende is. Hier
mede is spreker het volkomen eens.
Van de andere kant wil hij er toch wel op wijzen dat er door het gemeente
bestuur aan het contact tussen dit bestuur en de bestuurden in gemeen
telijke zin toch wel iets meer gedaan wordt dan alleen de gesignaleerde
voorbeelden. Alleen het feit dat burgemeester en wethouders via de
stichting bejaardenwerk de belangstelling specifiek richten op een be
paalde groep in de samenleving. Voor deze groep verschijnt er een
maandblad, waarvan de raad vandaag het eerste nummer in een nieuwe
opzet wordt uitgereikt. Hiermede wordt gepoogd een beter optreden naar
buiten te verzorgen.
Op dit punt is naar spreker's mening de communicatie overheid en bur
gerij zeer belangrijk. Organen, die namens de overheid optreden kunnen
op dit terrein werkzaam zijn en initiatieven ontplooien.
Daarnaast wil spreker nog attenderen op een verschijnsel waar burge
meester en wethouders eind 1964 vanuit de commissie overleg maat
schappelijk werk een eerste vorm aan gegeven hebben namelijk de ont
moetingsavonden voor het maatschappelijk werk. Een dergelijke ont
moetingsavond is thans weer gepland voor januari 1967. De leden van
de gemeenteraad zullen daarvoor een uitnodiging ontvangen.
Men dient te bedenken dat op deze avonden zo'n 700 burgers uit de stad,
die op bepaalde terreinen werkzaam zijn, elkaar niet alleen metterdaad
ontmoeten maar ook van gedachten wisselen. De organisatie van het pro
gramma is daarop ingesteld, terwijl dit jaar voor het eerst een methodiek
wordt toegepast door een thema te nemen betreffende de sociale wijkop-
bouw. Dit is een vrij ingewikkelde zaak maar waarvan het zinvol is om
daar eens over te praten.
Bovendien zit de bedoeling voor om, na op deze avond waarop de hoofd
zaken worden doorgepraat, dit thema in de maanden februari, maart of
april in 3 wijken van de stad nog eens nader te behandelen en dan meer
toegespitst op de belangstelling die in de wijken mag worden veronder
steld. Dat een situatie bereikt wordt waarbij de overheid met iedere bur
ger van gedachte wisselt is een onhaalbare zaak. Spreker is van mening
dat het al verdienstelijk is, wanneer de overheid pogingen onderneemt
om met grote groepen van de samenleving tot communicatie te komen,