be 3 15 DECEMBER 1966. echt niet fraai, maar bovendien levert dit inconvenienten op voor de be woners. Hij dacht overigens dat de gemeente Breda in vergelijking met andere plaatsen, vrij snel de wijken bewoonbaar maakte, door de aanleg van nieuwe wegen, een perfecte riolering, enz. Door de huidige voort durende regenperiode en het nog niet functioneren van de riolering kun nen vaak de onmogelijke situaties ontstaan. Natuurlijk is technisch alles op te lossen. Over deze problemen is wel eens gesproken en gedacht. Men was bevreesd dat hiervoor niet het technische personeel aanwezig was om te adviseren, doch hij meent dit te moeten ontkennen. Bovendien spreken de kosten ook nog een woordje mee. Natuurlijk is het mogelijk alles perfect te gaan draineren, doch de bewoners kunnen vooral wat de tuinen betreft belangrijke maatregelen nemen en de wateroverlast min der groot maken. Indien men in de nieuwe wijken gaat kijken dan kan men zien dat van twee naast elkaar gelegen tuintjes het een droog is en het ander onder water staat. Dit is het gevolg van aanleg van de tuin en hoe diep deze is omgespit. Op dit punt kan men echt wel iets doen. De kwestie van de verwarming wat de heer Melzer heeft aangesneden, zo zegt spreker, is burgemeester en wethouders bekend. Hij bewoont zelf een hoekhuis. Het is een vrije sector-woning en dan is het de raad bekend dat dit een eerste bouw is geweest waarbij centrale verwarming is toege past en dat in zijn huis de hoofdafsluiter van de gemeente zit. Indien er iets gebeurt komt men zijn huis binnenrennen om de hoofdafsluiter na te zien, door te spuiten, enz. Doch hij kan verklaren dat die overlast ui terst minimaal is. De oplossing is, en deze wordt thans toegepast, om deze buiten de huizen te laten. Doen er zich moeilijkheden voor dan dient men contact met de dienst op te nemen voor een goede isolatie van afsluiter en leiding. Periodiek en constant komen er vragen uit de raad over bejaardenwo ningen en vrijgezellenflats. Ook thans heeft de heer Kroon hierover ge sproken. Spreker zou bijna zeggen dat het even oud is als de woningnood. Alleen is er nog geen beweging in. Het onderzoek dat aan de gang is naar de kwalitatieve woningnood en de behoeften kan een antwoord geven op de gestelde vraag. Tot voor kort was de mogelijkheid om deze categorieën iets te doen minder groot dan de raad denkt. Men zat in de periode van woningnood en contingentering. Indien men zegt dat er in Breda in het afgelopen jaar ten aanzien van de bejaardenhuisvesting niets is gebeurd, dan"moet spreker dit tegen spreken. Hij is van oordeel dat er in Breda, in vergelijking met andere steden, behoorlijk veel is gebeurd. Breda blijkt voor de bejaarden een geliefd woonoord te zijn. Er zijn belangrijke complexen verzorgingsflats tot stand gekomen. Spreker is van mening dat er op dit punt toch echt wel iets gebeurt. Bovendien is er nog een plan voor een vrijgezellenflat. Dit plan ligt er al jaren, en is eerst blijven liggen omdat er geen contin gent was en nu misschien omdat er geen financiën zijn. Er is altijd wel iets wat de doorgang onmogelijk maakt. Er is dus een plan voor doch hij meent te mogen zeggen dat het niet helemaal is wat door de heer Kroon bedoeld wordt, doch bestaat hieraan toch wel behoefte. De 10ver diepingen hoge flats in de Hoge Vucht zullen voor een groot deel bewoond

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 609