•461 15 DECEMBER 1966. Aan de andere kant keert hij zich tegen verhoging van het huisvuiltarief.. Daarnaast opponeert de heer Kroon nogal tegen subsidies. Nu blijkt uit de stukken dat de verhoging van het huisvuilrecht 6, - per jaar per ge bruiker bedraagt. Dat betekent een stijging van inkomsten voor de ge meente van 198. 000, -. Na deze verhoging is er nog een bedrag van 9,79 per gebruiker niet gedekt. Een eenvoudig rekensommetje leert dat een bedrag van 320.000, - uit de gewone middelen zou moeten komen, hetgeen spreker niet anders ziet als subsidie Zou daarnaast worden overgegaan tot vuilverbranding, dan staat het vast dat de kosten daarvoor zeer hoog zullen worden. Naast een kapitaalsinvestering van enkele miljoenen, zullen ook de per sonele lasten stijgen. Zou men op dit moment overgaan tot de vuilver branding, dan zou die subsidie van 320. 000, - waarschijnlijk nog wel met enkele tonnen moeten stijgen. De fractie is ervan overtuigd, dat uiteindelijk de weg van de vuilver branding zal moeten worden opgegaan. Daarom is het goed dat de tarie ven voor het ophalen van huisvuil regelmatig stijgen, zodat de overgang te zijner tijd niet zo hoog is. Het huisvuilophaaltarief van de gemeente Helblond is gestegen van 6, - tot 24, - per jaar. Dit betekent een stijging van 300%, de stijging in Breda is nog geen 50%. Van de mededeling van de heer Gielen, dat het watertarief zou moe ten worden verhoogd, heeft spreker eerlijk gezegd paf gestaan. Op blad zijde 46 van het centraal rapport was te lezen dat het gas- en elektrici teitsbedrijf verliezen opleveren en dat de uiteindelijke winst van het to tale bedrijf, door het waterbedrijf wordt behaald. Bij een bruto-omzet van 1. 780. 000, - wordt een netto-winst gemaakt van 530.450, -, hetgeen bijna 30% is. Dit is een formidabele winst. En nu moet dit tarief naar boven; waarvoor toestemming van het ministerie nodig is. Spreker vraagt zich af hoe het ministerie zal reageren als Breda op grond van de voorliggende kosten en opbrengsten met verhoging van tariefkomt. Nu heeft de heer Gielen gesteld dat overgegaan wordt op een moderner af schrijvingssysteem, namelijk naar de vervangingswaarde. Thuis heeft spreker het nog eens nagekeken, maar de geboortedatum van de theorie van de vervangingswaarde is 30 januati 1937,toen professor Limperg zijn beroemde brochure geschreven heeft. Thans is het onderhand 30 jaar later. Meerdere malen, zegt spreker, heeft hij zitten kijken in de begro ting voor de nutsbedrijven, hoe het zat met die afschrijving. Hij had de indruk dat veilig was afgeschreven, omdat er ergens achterin het boek werd gesproken over 4| miljoen voor reserve achterstallige ver nieuwingen gas- water- en elektriciteitsbedrijf. Deze reserves zijn in middels overgebracht naar de gewone dienst van de gemeente en bestaan niet meer voor de nutsbedrijven. Uit de uitlatingen van de heer Gielen moet spreker concluderen dat tot dusverre afgeschreven werd op basis van de historische kostprijs. Als dat zo is, dan vreest spreker dat in de naaste toekomst het energie- en water bedrijf met vrij grote tekorten komt te zitten, omdat een verkeerd af-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 634