yi>i
se#
16 DECEMBER 1966.
heid is dat niet mogelijk geweest, waarschijnlijk komt men nu in
een andere situatie en is het gebruikmaken van l/30e deel van de
saldi-reserve wel mogelijk.
Spreker 's fractie heeft dan ook deze keer wel degelijk overwogen
of er geen andere mogelijkheden waren om dit bedrag te vinden.
In deze begroting is die mogelijkheid eerlijk gezegd niet gezien.
Uit het bedrag van "onvoorzien" gaat het ook niet, dit is niet ver
antwoord omdat deze post niet zo groot is.
Op dit moment moet de begroting worden vastgesteld. In de vo
rige bespreking heeft hij er al op gewezen, dat de begroting maar
een richtsnoer is. Het zogenaamde "fuut"-effect van de heer Kroon
is een algemeen verschijnsel, dit is ook te merken als de rekening
wordt gemaakt. Dat er dan verschillen met de begroting zijn te
ontdekken is volkomen begrijpelijk. Bij bepaling van wat nu te
doen, moet men naar spreker's mening echter uitgaan van de be
groting, zoals die er nu ligt, tenzij het bedrag van "onvoorzien"
te groot zou zijn. Dit is per se niet het geval, het is eerder aan de
lage kant, gezien het feit dat er voor een bepaald gedeelte al een
bestemming is. Om deze reden kan hij zijn stem onmogelijk aan
het voorstel van de heer Kroon geven, hoewel spreker het betreurt
dat het ook nu weer noodzakelijk is geweest met een verhoging te
komen.
Wethouder BROEDERS zegt het met betrekking tot de post "on
voorzien" eens te zijn met de heer Vis. Samenvattend meent hij
te kunnen zeggen dat deze niet hoog is. Eigenlijk is een stuk "on
voorzien" al "voorzien".
Een belangrijk aspect van de begroting is ook dat er een beschik
king over de saldi-reserve in voorkomt van f 200. 000, --. De
mogelijkheden die er op dit moment meer fh zaten zijn er bewust
uitgehaald. Het college had de begroting, zoals die er nu ligt krap
opgesteld. Gisteren is ook al duidelijk gesteld, dat het niet de be
doeling was de saldi-reserve in werkelijkheid te besteden, omdat
het teruglopen van de begroting in de toekomst nogal moeilijkheden
mee zou brengen.
Als het enigszins mogelijk is moet vandaag aan vaststelling van
de begroting worden toegekomen, omdat een spoedige volgende
goedkeuring door gedeputeerde staten, de gemeente werkmogelijk-
heid biedt. Als de raad nu volledig beslag gaat leggen op de post
"onvoorzien", dan is het de vraag of goedkeuring zou worden ver
kregen.
Een begroting zonder een post "onvoorzien" is een merkwaardige
zaak. Hoewel spreker begrip heeft voor de bezwaren tegen de ver
hoging - het college is ook niet blij met een verhoging te komen
en had liever een sluitende begroting zonder belastingverhoging
aangeboden - moet hij toch de raad met klem voorstellen de ge
dachte verhoging te aanvaarden.