1)8% 529 16 DECEMBER 1966. Wethouder VERMEULEN wil onderscheid maken tussen wat staat op pagina 75 en de lopende hinderwetprocedure. Op pagina 75 wordt ge sproken over het T.N.O. -rapport, wat dus alleen maar een oriënterend, algemeen onderzoek was naar iets dat misschien in Breda gevaar voor de volksgezondheid opleverde. Ter zake van de hinderwetprocedure - welke een bepaalde termijn loopt - is er een concrete inschakeling van het T. N. O.voor het achterhalen van de voorwaarden die aan eenhin- derwetsvergunning moeten worden verbonden. Dit staat dus in feite los Van waarover hier wordt gepraat. Dit is namelijk een algemeen oriën terend onderzoek geweest. Of er in het kader van de hinderwetsprocedure reeds een hinderwets vergunning is afgegeven, is spreker niet bekend. Het ligt voor de hand at dit zo zal zijn. r zal hier naar worden geïnformeerd. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming hoofdstuk IV vastgesteld, alsmede de begrotingen van de gemeentelijke geneeskundige en gezond heidsdienst, zwembad en tennisbanen,het Ei, alsmede van het recrea- tiebad Wolfslaar. D. HOOFDSTUK V, VOLKSHUISVESTING. De heer VAN DUIJL zegt een vraag te hebben gesteld inzake het be schikbaarstellen van woningen ten behoeve van personeelsleden van plaatselijke industrieën. Daarop heeft hij een zeer uitvoerig antwoord gekregen waarmede hij volkomen akkoord gaat. Alleen is hem daar gebleken dat bij het toe wijzen van woningen aan personeelsleden van plaatselijke industrieën weieens door de gemeente een afwijkend beleid wordt gevoerd. Het is dus zo dat de gemeente bij voorkeur woningen beschikbaar stelt aan die mensen, die krachtens hun inkomen de huur van deze woning kunnen betalen. Nu ziet men in sommige gevallen situaties, dat het inkomen van de mensen zodanig is, dat ze niet in een vrije sector zouden kun nen wenen. Het is spreker wel bekend, dat het toewijzen van wonin gen in de vrije sector buiten het beleid van burgemeester en wethouders valt. Aan de andere kant kan de situatie ontstaan dat de mensen die krachtens hun inkomen de huur van een vrije sectorwoning niet kunnen betalen, deze toch bewonen, waarbij eventueel door de betreffende werkgever een huurtoeslag wordt gegeven. In het antwoord wordt gesteld dat de toeslag bestemd is voor het gewen nen aan huur. Daar kan spreker inkomen, als dit gewennen aan die huur zich zou be perken tot een jaar en niet langer dan een jaar zou duren. Aan de andere kant is het ook zo, dat het gebleken is, dat woningen beschikbaar komen voor mensen die krachtens hun inkomen een duur dere woning zouden kunnen bewonen. In dit verband zou hij willen vragen om eventueel hieraan de volle aandacht te geven en met de be treffende plaatselijke industrieën contact te willen opnemen, opdat de verdeling van die woningen, met rijkspremie gebouwd, niet in strijd komt met het gemeentelijk beleid.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 682