143 1 FEBRUARI 1968 len maken. Op de eerste plaats wil hij de gemeenteraad mededelen dat burge meester en wethouders geen voorstanders zijn om potjes te maken, maar wel voorstanders zijn om reserves te hebben. Indien men in de toekomst kijkt valt daaruit exact te lezen dat er heel veel geïnves teerd zal moeten worden. Het zou alleen maar bijzonder prettig zijn als daarvoor behoorlijk geld zou zijn, zodat de gaten in de binnenstad zouden kunnen worden opgevuld. Een goudvoorraad zou daarom erg plezierig zijn. De huidige goudvoorraad bekijkend, blijkt het toch niet allemaal goud te zijn wat er blinkt. Volgens de rekening-voor- schriften moet alles worden opgenomen zelfs de waarborgsommen, die de heer van Loon reeds er uit heeft gehaald. Doch er zijn nog meer posten die niet tot de eigenlijke reserves gerekend kunnen worden. Hij hoeft de raad alleen maar te attenderen op het fonds opslag grote werken. Overigens wil hij attenderen op de reserve voor de N. V. "Het Turf schip' die ook in de opgave is opgenomen en is van mening dat de ze niet voor andere doeleinden gebruikt kan worden. Bij het doorlo pen van het lijstje valt dit alles bepaald nog wel tegen. Dit wil niet zeggen dat er niet een paar reserves zijn die misschien gevoegelijk tot de algemene reserve gerekend zouden kunnen worden. Spreker zegt de gemeenteraad toe dat dit in de loop van dit jaar be keken zal worden en dat bij de aanbieding van de volgende begroting deze reserves ter bespreking aan de raad zullen worden voorgelegd. Globaal taxerend zou hij zeggen dat de algemene reserve 7 a 8 mil joen gulden zal bedragen. Hij hoopt dat hij zich vergist en dat deze reserve groter is. Dit projecterend tegen het budget van Breda en te gen de taakstelling, die burgemeester en wethouders en de raad voor Breda hebben kan bepaald met gezegd worden: "jongen, jongen wat zijn wij toch rijk". Deze algemene tekening van de reserves heeft spreker gegeven omdat de heer van Loon denkt dat de rente van de reserves zouden kunnen worden gebruikt om toegevoegd te worden aan het budget van de gemeente Breda.Nu is het merkwaardig dat de gemeenteraad destijds gepleit heeft voor het rentevrij maken van de reserves. Burgemeester en wethouders hebben de algemene reserve destijds vrij gemaakt, zodat deze reserves kunnen worden ingezet op momenten, dat de raad daaraan behoefte heeft. Indien de rente wordt gebruikt als dekkingsmiddel in de algemene dienst en men gaat de reserves gebruiken, dan ontstaat er een gat in het budget. Spreker geeft als voorbeeld dat uit de reserves een inkomst op de ge wone dienst bestaat van 30. 000, --. Bij bestemming van deze re serves dient men er dan voor te zorgen dat in de volgende begroting er 30.000, -- meer inkomsten of minder uitgaven tegenover staan. De gemeenteraad heeft destijds het besluit genomen, zo herhaalt spreker, de reserves rente vrij te maken. Men kan ze dan gemakke lijk een bestemming geven zonder extra lasten voor het budget. De functie van de algemene reserves kan dan het inzetten zijn op bepaal de momenten en voor objecten, die de raad dan belangrijk vindt en ze kunnen niet gebruikt worden voor aanzwengeling of een uitzetting van het budget. Spreker dacht dat èn burgemeester en wethouders èn de raad daartoe bereid zouden moeten zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 143