167
1 FEBRUARI 1968
de raad hoe langer hoe meer een controlerend orgaan dreigt te wor
den. Hoe groter de gemeente wordt, hoe groter en moeilijker de taak
van de raad wordt. Daarom heeft spreker, mede namens de andere
fractievoorzitters, gemeend deze zaak nog eens ter sprake te brengen.
Het college heeft gesteld dat er straks een afdeling voor de ruimtelij
ke ordening bij komt waar ook zeer belangrijke zaken kunnen worden
voorbereid en aan wie ook gegevens kunnen worden verstrekt. Dat is
nu wel zo, maar het is maar een bepaald facet van het werk. Ook de
afdelingen van thans werken anders dan de commissies die er in 1955
waren. Ook dat wil spreker toegeven. Er zijn afdelingen waar inder
daad zeer veel informatie wordt gegeven, maar het gaat er toch om
dat wat het college besluit, al op tafel ligt. Hiervoor wil hij een zeer
kenmerkend voorbeeld aanhalen, namelijk het voorstel, gedaan in
de vorige vergadering, over het verkeersstructuurplan. Dat verkeers-
structuurplan, wat toch een deelstudie is van de beleidsnota, werd in
derdaad 5 bout portant op de tafel van de afdeling gelegd. Toen is
daar een enkele opmerking over gemaakt en is het stuk teruggenomen.
Naar het schijnt komt het de volgende vergadering weer aan de orde.
Hij zou graag willen dat hier meer gegevens over zouden worden ver
strekt, mede aan de hand van het Empeo-rapport, want dit kan aan
leiding zijn tot een uitvoerige gedachtenwisseling.
De voorzitter heeft gesteld dat de vergaderingen van de raad niet lan
ger dan tot 11 uur zouden duren en dat hij ook deze vergadering om
11 uur zou willen besluiten. Spreker meent dat alle leden van de raad
het er van harte mee eens zijn, de echtgenotes nog meer. Het zal dan
echter noodzakelijk zijn dat tot kortere agenda's wordt gekomen. De
ze kunnen er zijns inziens alleen maar komen wanneer de frequentie
van de vergaderingen wordt opgevoerd. Destijds is gevraagd om om de
drie weken te vergaderen. Het is hem bekend dat dat bezwaren kan
hebben, ook van de zijde van de raad. Wanneer de voorzitter echter
de raadsvergaderingen op tijd wil laten aflopen, dan dienen de agen
da's korter te worden.
Ten aanzien van de beleidsnota stelt het college dat er geen exacte
cijfers zijn, er is geen dogma. Spreker is het hier volkomen mee eens
en hij wil hier eigenlijk maar niets meer van zeggen.
Het college is ook niet ingegaan op spreker's suggestie ten aanzien
van de pendelkwestie. Het betreft hier alleen een prognose. De raad
wacht dan ook met belangstelling de deelstudies af. Medegedeeld is
dat het college ten aanzien van de huisvesting in de fase van heteind-
beraad is gekomen. Hierbij zijn enkele indicaties gegeven, met wel
ke indicaties spreker het volkomen eens zegt te zijn, zulks in tegen
stelling tot wat de heer Melzer ten aanzien van de vestiging van in
dustrieën heeft gezegd. Een uitgewogen oordeel zal binnenkort de
raad worden voorgelegd. Er zal daarop worden gewacht; spreker is blij
dat het college deze indicatie zal geven.
Wethouder Vermeulen heeft een enorme hoeveelheid cijfers geprodu
ceerd. Spreker heeft hem hier nauwelijks kunnen volgen. Uiteindelijk
heeft hij eruit begrepen dat ook het college zelf tot de conclusie is ge
komen dat het eenvoudig onmogelijk is de woningen te bouwen, wel
ke men zich had voorgesteld. Men zou niet alleen de Haagse Beemden,