175
1 FEBRUARI 1968
betoogd dat het voor het college een zaak ten principale is, het is
voor het college echt een kwestie van doelmatigheid. Tevens heeft
hij daarbij de scheidingslijn getrokken tussen maatregelen betreffen
de parkeerverboden en verkeerslijnen, waartoe het college een dele
gatie is verleend, verplicht van de verkeerscommissie. Anderzijds
heeft hij gezegd dat er natuurlijk ook verkeersmaatregelen van grote
re betekenis dan deze zijn. Daar dacht het college van dat de kop
peling aan het uitbreidingsplan zodanig duidelijk is, dat zij hun forum
in de raad vinden. Spreker kan zich voorstellen dat er anders over ge
dacht wordt, hij wacht gaarne af wat door de fractie van de heer Mel-
zer zal worden aangevoerd.
De heer Melzer heeft voor de centrumfunctie van de stad zelf mede
aangegeven welke factoren er waren. Spreker heeft heel erg goed be
grepen dat het van de zijde van de heer Melzer zeker niet bedoeld was als
een ingebrekestelling van het college. Ten aanzien van het civic-
centre heeft hij meer ondeugend - doch wel reëel - bedoeld dat als
men wil dat het wel gebeurt en men gaat anderzijds iets uitstellen,
men zichzelf tegenwerkt. Het is een onmogelijkheid in dit plan een
stadhuis te bouwen zonder schouwburg, men zou dan het plan moeten
wijzigen. Het een werkt dan het ander tegen.
Met de heer Melzer is spreker van mening dat het voor de militairen
waarschijnlijk een niet onaantrekkelijke zaak zal zijn als zij een an
dere huisvesting hadden, dan nu zo centraal in de stad. Men zou bij
na zeggen, laat de zaak nog maar even rijpen, want natuurlijk wordt
het een kwestie van vraag en aanbod en naarmate de behoefte aan de
andere kant groter wordt, zal dat vraag en aanbod misschien van in
vloed op de prijsvorming kunnen zijn. Hij is het ermee eens dat er op
den duur toe moet worden gekomen, maar ook al weer tegen de ach
tergrond van de huidige beschikbare financiële middelen en financie
ringsmoeilijkheden is het niet het meest urgent. Dit onderwerp zal
ongetwijfeld te zijner tijd aan de orde komen.
De heer VAN DER WERFF merkt op dat men dan misschien weer
aan de andere kant is gebonden.
Wethouder VERMEULEN kan de heer Kroon vervolgens toezeggen
dat het verkeersstructuurplan zo mogelijk de volgende vergadering
aan de orde zal komen, na behandeling daarvan in de commissie. Te
gen deze behandeling heeft spreker helemaal geen bezwaar, de raad
mag wat dit betreft zeggen wat hij wil, als er maar binnen afzienba
re tijd een besluit kan worden genomen.
De heer KROON meent dat dit kan nü een degelijke behandeling
in de raad.
Wethouder VERMEULEN meent in eerste instantie voldoende ge
antwoord te hebben op de vraag van de heer Kroon inzake de 42.000
woningen. Een idee is gegeven wat dit in oppervlakte beslaat.
Er is enig misverstand ontstaan over hetgeen is gezegd over het uitwij
ken naar de premiesector voor bejaardenwoningen. Als hier een extra