182 1 FEBRUARI 1968 nen worden verlengd» Zijn die nu van tevoren op deze reserve in gecalculeerd? Wethouder GIELEN antwoordt dat die reserve zeker niet ingecalcu leerd is. Hij zegt alleen te hebben gesteld dat mocht het met grote voorzichtigheid geprognotiseerde accres van de afzet van gas en elek triciteit ooit tegenvallen, er nog niets ernstig is gebeurd. Men kan immers twee dingen doen. Op de eerste plaats kan men dan de af schrijving iets verlengen, dus in plaats van 25 jaar zoals het hier be schreven en ook op wetenschappelijke grond vastgesteld is, zou men bijvoorbeeld 26 jaar of meer kunnen nemen. Vanmiddag heeft spre ker ook gezegd dat als het accres niet stijgt zoals men zich dat heeft voorgesteld, men dan eventueel de nieuwe investeringen, die men in latere jaren wil doen, even ophoudt om ze verder uit te smeren. Aan het nu door het college voorgestelde systeem zijn toch bepaald grote voordelen verbonden. Een groot voordeel is op de eerste plaats dat de kapitaallast per eenheid afgezette energie altijd gelijk blijft en dat wil heel wat zeggen, want van de kostprijs van het gas waren de kapitaallasten in 1966 60%. In de voorafgaande jaren is daarin een sterke stijging te zien geweest, die zich waarschijnlijk wel niet zal voortzetten. Bij elektra is het geen 60% maar wel 45%, een per centage dat de laatste jaren sterk oploopt. Heel belangrijk is inder daad dat het accres wordt bereikt. Dan kan na 25 jaar al hetgeen is geïnvesteerd totaal zijn afgeschreven. Het college meent dus dat als dit systeem kan worden gevolgd, de volgende 25 jaar op een sluiten de rekening kan worden gerekend, zowel bij gas als bij elektriciteit. Reeds vanmiddag heeft spreker al gesteld dat deze prognoses bijzon der voorzichtig zijn vastgesteld, bij gas steunen zij volkomen op de berekeningen van de Gasunie en de SROG. Het college meent daar mede op een veilig kompas te varen. De prognoses ten aanzien van het elektriciteitsverbruik zijn afgeleid van de berekeningen die het Planbureau heeft opgemaakt. De prognoses zijn gerelateerd aan het kleinverbruik, het grootverbruik heeft hierbij geen rol gespeeld, om dat het grootverbruik kwetsbaarder is dan het kleinverbruik. Mocht echter in een van beide energiebronnen niet het verwachte ac cres optreden, dan is misschien wel te verwachten dat het verbruik in de andere categorie wat hoger zal zijn. Er is daar dan nog eventueel de mogelijkheid van compensatie, omdat gas en elektriciteit door een en hetzelfde bedrijf worden geleverd. Het heeft spreker verheugd van de heer van der Zwan te hebben ge hoord dat deze vertrouwen blijft stellen in de technische leiding van het energie- en waterbedrijf. Ook bij het college is dit vertrouwen aanwezig. De heer Melzer heeft gesteld dat er iemand binnen dat be drijf moet komen die met de verantwoordelijkheid voor de wijkver- warming zou worden belast en die rechtstreeks aan het college ver antwoording verschuldigd zou zijn. Het college heeft zich daarover nog niet zo duidelijk uitgesproken maar spreker gelooft zeker niet dat het de bedoeling is buiten de directeur in dat bedrijf iemand recht streeks verantwoordelijk te stellen ten opzichte van het college. Van middag heeft spreker even de vergelijking met de brandweercomman-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 182