217 2 FEBRUARI 1968 De heer Quadekker heeft zich ook bij die 3 maanden aangesloten. Zij nerzijds nogmaals helemaal geen bezwaar als de commissie van oor deel is dat er meer vergaderd moet worden, mits daarvoor ook een agenda is. Over dit punt hoeft echt niet geredetwist te worden. Wel heeft spreker bezwaar tegen een paar opmerkingen van de heer van Werkhooven. Deze gaf een paar voorbeelden van zaken die eigen lijk buiten de raad om zijn gebeurd. Met name bedoelt hij onder an dere weer de omleiding van de Teteringsedijk en van wat er van de St. Ignatiusstraat geworden is. In de vorige vergadering heeft hij er ook al een keer over gesproken en gezegd: "dat is eigenlijk een grote flop en die Teteringsedijk is veel beter dan die St. Ignatiusstraat en waarom is het zo geworden. En ik zat toen niet in de raad". Spreker zegt dat de zaak wel degelijk in de raad heeft gespeeld, daar is de raad al in een zeer vroege fase bij geweest, namelijk bij het bestem mingsplan Brabantpark. Daarbij heeft deze weg die omvang en die capaciteit gekregen, omdat bleek dat de Teteringsedijk het verkeer niet zou kunnen verwerken. Dit zijn mede bewijzen voor het feit wat hij al in eerste instantie duidelijk aan wilde tonen, namelijk dat men met het verkeer en de inhoud van het verkeer bijzonder voorzichtig moet manipuleren. De omlegging van de Teteringsedijk is uiteinde lijk een onderdeel geweest van een bestemmingsplan. Het aantrekken van deskundigen bij openbare werken is niet zo maar toevallig geweest, het is een integreren van het verkeer in de stadsontwikkeling. Het col- -j lege beoogt dat wil het goed zijn er al een verkeersstructuur is vóórdat het bestemmingsplan wordt gemaakt. Het voorstel tot het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet voor het verkeersstructuurplan heeft juist de bedoeling op lange termijn vooruit te kunnen zien wat voor het verkeer nodig is. Dat is niet alleen maar een taak van de verkeerscommissie in oude of in nieuwe vorm. Het betreft dus een onderdeel van de planologische uitleg van de stad en zal daar aan de orde komen. De heer van Werkhooven heeft ook over het Oranjeplein gesproken. Daar speelt in wezen hetzelfde, ook dit is in de raad aan de orde ge weest. Er is een tekening geweest die de raad heeft vastgesteld. Van het links rijden, wanneer men van het Oranjeplein afkomt en de Gin- nekenweg op moet is nog eens een keer ernstige studie gemaakt en daar is op teruggekomen, er was geen betere oplossing. In het alge meen wil spreker er wel voor waarschuwen om in de openbaarheid de indruk te wekken dat er met het verkeer in Breda toch iets aan de hand is wat niet klopt. Hij zou bijna willen zeggen dat Breda prima vista de vergelijking met steden als Tilburg en Eindhoven kan doorstaan. Naar zijn mening heeft men in Breda voor haar wegen en de capaci teiten hiervan in de nieuwe uitbreidingsplannen wel degelijk met de toekomst rekening gehouden. Bovendien heeft Breda een ontsluiting waar de rondweg Tilburg eigenlijk maar een heel slecht ding bij is. De heer van Werkhooven heeft ook nog gesproken over het betrekken van de bewoners van de Willemstraat bij de kwestie van het plaatsen van parkeermeters. Hij heeft gezegd dat de bewoners erbij betrokken moeten worden. Spreker zegt dat het nota bene de bewoners zijn ge weest die om parkeermeters gevraagd hadden. Mevrouw VAN MIERLO en de heer VAN WERKHOOVEN zeggen dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 217