238
2 FEBRUARI 1968
bantse situatie. Breda geeft 100, waarin de kosten van school
zwemmen en de kosten van gymnastiek niet zijn begrepen; 's-Herto-
genbosch geeft 91,26 zonder schoolzwemmen maar met inbegrip
van de kosten voor gymnastiek; Tilburg geeft 100, eveneens
zonder schoolzwemmen en zonder gymnastiek en in Eindhoven is het
bedrag 105,53 zonder schoolzwemmen maar met inbegrip van de
kosten voor gymnastiek. Hieruit blijkt wel, dat het bedrag, dat in
Breda wordt uitgekeerd nog lang niet zo ongunstig is. Spreker kan
hieraan nog toevoegen, dat het college bijzonder prettige reacties
heeft gekregen, toen bekend werd, dat het bedrag op 100, -- per
leerling zou worden vastgesteld. Als men werkelijk zou willen komen
tot een doorlichting van hetgeen nodig is, dan zou de gemeente mis
schien gebruik kunnen maken van haar bevoegdheid om de adminis
tratie door te lichten en de bestemming van ae bedragen te analiseren.
Hij gelooft alleen, dat dit een bijzonder groot werk zou zijn.
De heer van der Werff heeft gezegd, dat spreker gelijk had toen hij
zei, dat de invloed van de gemeente beperkt is. T en aanzien van die
invloed zegt spreker, dat het gemeentebestuur probeert die indirecte
invloed aan te wenden. Ten aanzien van het technisch onderwijs kan
hierbij nog gesteld worden, dat het gemeentebestuur met de andere
instituten voor technisch onderwijs is gaan praten. Dit was nodig om
dat het noodzakelijk is, dat ook het technisch onderwijs te Breda zo
goed mogelijk behartigd wordt en omdat dat niet alleen een zaak is
van de g.t.s. De contacten op dit gebied zijn momenteel heel pret
tig. Er kunnen hier en daar nog wel verschillen van opvatting optreden,
maar de grondgedachte, dat gezamenlijk moet worden gestreefd naar
een optimaal onderwijs, wordt duidelijk onderkend.
Met de heer van der Werff is spreker het eens, dat er niet veel bereikt
wordt met veel studeren en praten. Natuurlijk moet er worden gestu
deerd en gepraat, maar de studie en het gesprek moeten gericht zijn,
terwijl het tevens een kwestie van systematisch proberen en doen is.
De bedoeling van de schoolveriatersrapporten zegt spreker is het aan
dragen van documentatiemateriaal voor een zinvol gesprek over wat
hieraan kan gebeuren.
Het rapport over h. a.v. o. en v. w.o. is ter beschikking gesteld van
al degenen die daarvoor in aanmerking kwamen, juist met het oog op
de activiteiten, die daar misschien moeten worden ondernomen. Daar
bij moet ook nog aangetekend worden, dat daarover met het onderwijs
gesprekken gevoerd worden, omdat het ook een zaak is van uitwisse
ling van gedachten. Als de heer van der Werff het heeft over voorlich
ting en stuwing moet spreker erkennen, dat dit een bijzonder moeilijke
zaak is, mede omdat de doelstelling van het lager onderwijs nog niet
helemaal duidelijk is. Als er over een bepaald soort onderwijs gepraat
wordt moet de doelstelling daarvan duidelijk bekend zijn. Spreker ge
looft, dat de schooltoets Amsterdam daarin een bijdrage zou kunnen
leveren, omdat als men bij de kernvraag, die bij de schooltoets aan
de orde komt, de juiste vraag weet te stellen, de schooltoets daarbij
een bijdrage in het inzicht kan leveren en dat die bovendien een in
dicatie zou kunnen geven of het onderwijs in de stad in vergelijking
met andere steden op een goed niveau staat. Spreker meent, dat het
belangrijk is, dat dat inzicht verkregen wordt.