15 FEBRUARI 1968
240
F.JMELZER, J.H.M. QUADEKKER, A.H.W.M. DE RAAFF, JHR.DRS.
F.A. VON SCHMID, A. SPANJER, J.F.V. VERMEULEN, DRS. Y.P.W.
VAN DER WERFF, F. VAN WERKHOOVEN, F.C.M. WIERCKX, J.
WOEST ENBERG.
Afwezig:de heren A.P. Jacobs, J.C.A. Jansen en W. van der Zwan.
Voorzitter: de heer IR. W.J.L.J. MERKX.
Secretaris: de heer DR. J.P. A. VAN DEN DAM.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit,
waarvan de tekst is opgenomen in artikel 10 van het reglement van
orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Bericht van verhindering is binnengekomen van: de heer A.P.
Jacobs terwijl de heer J.H.M. Quadekker heeft bericht iets later ter
vergadering te komen.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda.
1. NOTULEN VAN 16 NOVEMBER 1967.
Deze worden ongewijzigd vastgesteld.
2. INGEKOMEN STUKKEN.
De heer WOEST EN BERG is van mening dat de overgang van punt
2 naar punt 3 van de agenda door de voorzitter bijzonder snel gebeurt.
Misschien gebeurt dit doordat onder de ingekomen stukken zaken zijn
die wellicht minder prettig zijn voor burgemeester en wethouders.
Spreker wil dit even opmerken.
Hij heeft een week of 3 Èi 4 geleden een vraag gesteld over dat pand
aan de Generaal Maczekstraat. Ook is er nog een adres aan de gemeen
teraad van Breda gezonden.
Maandag j.l. is hij de ter visie gelegde stukken in gaan zien, doch
deze stukken lagen er niet.
De VOORZITTER deelt de heer Woestenberg mede, dat het te
doen gebruikelijk is om op gestelde vragen bij de rondvraag op het
antwoord van burgemeester en wethouders terug te komen.
Indien de heer Woestenberg over de andere ingekomen stukken nog
iets te zeggen heeft dan zal hij hem graag het woord geven, anders
is dit helaas onmogelijk.
De heer WOESTENBERG gaat hiermede niet akkoord. Het is naar
zijn mening zo dat men er wel op terug kan komen. Deze zaak is
nooit volledig afgedaan.
Het is een aangelegenheid waarbij het zeer merkwaardig is, omdat
het antwoord van burgemeester en wethouders nergens op slaat.
De VOORZITTER is van mening dat het gedrag van de heer Woesten
berg niet juist is en hij ontneemt hem het woord.