41
18 JANUARI 1968
over opslaat ziet men dat het onmogelijk is dat dit woord in dit ver
band gebruikt zou kunnen worden. De goede Nederlandse woorden
"benadering" of "inbreng" zou men ervoor in de plaats kunnen stel
len.
Wat het stuk zelf betreft verschilt spreker met de heer Kroon van me
ning. Hij zou zich namelijk best voor kunnen stellen dat het Empeo-
rapport door de feiten is achterhaald en dat Breda met een totaal an
dere verkeerssituatie zit. Hij is zelfs bang dat het hier geraamde be
drag te krap is, hetgeen hij bijzonder zou betreuren voor de aange
trokken verkeersdeskundige. Als spreker de post van 54.000,ziet
voor de uitvoering van de waarneming en de enquêtering, dan vraagt
hij zich af of de posten voor de bijbehorende werkzaamheden vol
doende ruim zijn geraamd. Het betreft hier de uitvoering van de
waarneming en het ordenen van de gegevens. Voor het parkeeronder-
zoek is 7.000, -- begroot. Als het in dezelfde omvang uitgevoerd
zou worden als toendertijd is voor te stellen dat dit op dit moment
aanzienlijk meer gaat kosten.
Volgens spreker ontbreekt er bij nr. 8 nog een post en dat betreft:
door derden te verrichten werkzaamheden. Hij neemt aan dat het de
computer zal wezen. Maar als de computer heeft gewerkt, zullen
de cijfers die er uit komen verwerkt moeten worden.
Dat zal leiden tot interpretaties en bepaalde analyses. Ook deze werk
zaamheden moeten nog worden geraamd. Hij wil daarom voorstellen
dat wordt gestart door goedkeuring van 80.000,-- en dat nog een
nadere gespecificeerde begroting wordt afgewacht.
De heer SPANJER veronderstelt, dat als hij het goed ziet, dit voor
stel een eerste follow-up genoemd kan worden op het onlangs behan
delde rapport "openbaar personenvervoer in Breda". Dat dit komt acht
hij om twee redenen noodzakelijk.
De eerste reden is dat dit uit dit rapport voortvloeit. Er wordt een
plan gemaakt voor het verkeersleven in de toekomst, waarbij bijzon
der moet worden gelet op de uitleg van de stad, die zeker behoefte
zal hebben aan een goed opgezet plan over de wegenaanleg. Men zal
de ontwikkeling van de stad vóór moeten zijn. Men denke daarbij
aan bijzondere voorzieningen, bijvoorbeeld ongelijkvloerse kruisin
gen, die uit het onderzoek zullen voortvloeien. De tweede reden is
de opmerking van het college dat er krachtens de rijksbeschikking
"bijdragen voor voorzieningen ten behoeve van het wegverkeer enz.
enz.". Deze zou voor de gemeente alleen gelden wanneer er een
deskundig opgesteld plan is.
Spreker wil de redenering van het college steunen om dit plan in
eerste instantie op te zetten met mensen van de eigen dienst. Het
lijkt hem op deze wijze beter wanneer de kosten in de hand gehouden
zouden kunnen worden. Bovendien lijkt het hem voor de gemeente
een bijzonder eervolle opdracht, hoewel hij zich kan voorstellen dat
er behoefte zal zijn aan aanvullende adviezen van bepaalde deskun
digen. Hij vindt het in ieder geval goed de zaak in eigen beheer uit
te voeren.
Tot slot merkt spreker op, dat in het onrendabel investeringsplan 1968
de kosten voor een deel op 1968 en een deel op 1969 zijn geplaatst.