434
16 MEI 1968
ten worden overgegaan en het provinciaal bestuur zou moeten worden
bestormd, laten we het dan niet door een of ander triest uitziend ach
terdeurtje proberen, maar laten we dan ook door een behoorlijk rijke
entree naar binnen gaan.
De VOORZITTER zegt blij te zijn met de positieve reacties van de
heren van Loon, Kroon, van der Zwan en van der Werff. Hoewel we
allemaal wel wat tegen dit enorme bedrag hebben aangekeken, vinden
we het toch nodig om van de kant van Breda dit bedrag van f 12,000, -
te geven. Aan het adres van de heer van der Werff zegt spreker, datin
een brief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten staat dat het
een kunstwerk is. Het is moeilijk te zeggen, dat we een deur niet zou
den willen geven en een ander voorwerp wel. Dat zou ook niet de juiste
opstelling zijn. Van de zijde van het provinciaal bestuur is gebleken,
dat men een deur op prijs zal stellen. Bij deze keuze hal men zich
moeten neerleggen en zelfs zou men er na het betoog van de heer van
der Werff enig enthousiasme voor kunnen opbrengen.
De heer Woestenberg geeft spreker volstrekt gelijk. Men kan voor dit
geld huizen bouwen en men kan er mensen mee helpen, maar voor dit
geld moet dat niet. Men moet het voor dit project over hebben. Aan
het adres van de heer Brooimans zegt spreker, dat het bedrag naar de
mening van het college goed besteed is. Dit gebouw staat er voor
eeuwen, zeker zolang als 's-Hertogenbosch de hoofdstad van de pro
vincie Noord-Brabant zal zijn.'
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten met de aanteke
ning, dat de heren Brooimans en Woestenberg wensen geacht te worden
te hebben tegengestemd.
25. BENOEMING VAN DE LEDEN VAN DE VASTE RAADSAFDELING
VOOR RUIMTELIJKE ORDENING EN ECONOMISCHE ZAKEN.
De VOORZITTER zegt, dat hem gebleken is, dat de raad in over
eenstemming met de wens van het college deze commissie wil laten
bestaan uit vijf leden. Hij vraagt of er een voorstel uit de raad is voor
de bezetting van deze commissie.
De heer VAN DUN stelt voor te benoemen de heren Biemans, van
Loon, Kroon, Melzer en van der Zwan.
Aangezien geen andere voorstellen worden gedaan worden de genoem
de heren benoemd tot lid van de commissie voor ruimtelijke ordening
en economische aangelegenheden.
26. VERVALLEN.
27. HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR HET PLAAT
SEN VAN EEN STADSPLATTEGRONDBORD OP HET STATIONSPLEIN.
De heer VAN DER WERFF zegt, dat in de eerste alinea staat, dat
het voor de automobilisten is en dat in de 4e alinea staat dat het voor
de voetgangers zal dienen. Hij meent wel te begrijpen wat er bedoeld