439 16 MEI 1968 zeer doeltreffende onderzoeken zijn ingesteld. Spreker zegt in dit ver band verwezen te hebben naar het rapport van professor van Heek, die bijvoorbeeld als een van de oorzaken noemt, dat de aanwezige intel ligentie uit het lagere milieu niet voldoende tot ontwikkeling komt in het basisonderwijs, omdat er een kortsluiting zou bestaan tussen het milieu van het gezin en het milieu van de school, waarop men niet voldoende aanpassing heeft, zodat de aanwezige intelligentie niet voldoende tot ontwikkeling zou kunnen komen. Het zou kunnen zijn, dat men gebruik kan maken van studies om de oorzaken niet alleen aan te wijzen maar ook weg te nemen. Spreker meent dat het goed is vast te stellen, dat het goed is dat de betrokken besturen rond de tafel gaan zitten en dat die zich afvragen wat aan de gegeven situatie te Breda gedaan kan worden. Het college is bereid daaraan alle mede werking te verlenen. Spreker meent, dat daarvoor het kennen van de Bredase situatie belangrijk is. De Amsterdamse schooltoets kan in dit opzicht ook tot verduidelijking leiden. Genoemde schooltoets verkeert pas in het tweede jaar en die zal derhalve volgend jaar eerst goed aan de orde komen. Als overheid moet men zijn plaats en zijn taak in de ze kennen en daarbij moet men ook erkennen, dat het niet alleen de overheid is die deze zaken kan oplossen. Alle mogelijke oorzaken, die leiden tot een geringe deelneming aan het v.h. m.o. kan spreker niet noemen. Hij gelooft wel dat dit een zaak is die in het onderwijs zelf duidelijk aan de orde kan zijn of komen. Door de invoering van de Mammoetwet wordt van het onderwijs, dat daarmede te maken krijgt wel een grote inspanning gevraagd. De heer van der Werff heeft gevraagd of het rapport niet wat laat komt. Spreker beaamt dit en zegt toe dat het volgend jaar wat vroeger zal verschijnen. Hij meent echter, dat dit voor het probleem, dat hier aan de orde is niet van zo'n grote betekenis is. De kwestie van het adviseren en het begeleiden van het kind mag niet afhankelijk zijn van dit rapport. Dat is een zaak, die permanent de aandacht van het onderwijs vraagt. Verder zegt spreker nog, dat met het paedagogisch centrum contact is opgenomen om te komen tot een eenvoudige brochu re die aan de leerlingen van de lagere klassen kan worden uitgereikt, vóórdat de aanmelding voor andere scholen moet plaatsvindén. Die brochure is verschenen en uitgereikt. In de brochure is op eenvoudige wijze duidelijk gemaakt hoe de Bredase situatie is en welke mogelijk heden er in Breda voor voortgezet onderwijs zijn. Voor de geïnteres seerde ouders wordt er in verwezen naar een uitgave, die voor 1, verkrijgbaar is en die ze dan kunnen doorlezen. Het college meent, dat dit een hulpmiddel kan zijn voor iedereen, die op een overzichtelijke wijze wil kennis nemen van de Bredase situatie. De inhoud van de brochure is niet door het college bepaald, doch het heeft slechts het initiatief genomen. Spreker hoopt, dat het zal geluk ken de raad van de brochure te laten kennis nemen. Aan het adres van de heer Bayens.die zegt dat maar 50de eindstreep haalt, zegt spreker, dat het niet vast te stellen is of die andere 50% mislukt. Het is namelijk zo, dat men na een driejarige h.b.s. of een andere opleiding over kan stappen op een andere opleiding, die dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 464