458 20 JUNI 1968 Het bord, dat aanduidt, dat fietsers ter plaatse hun eigen rijstrook moe ten volgen, is uit een aantal ontwerpen als het meest duidelijke geko zen. Wel was de afstand tussen het bord en het begin van de fieters- strook te klein in verband met de reactiesnelheid van de weggebruikers. De afstand is inmiddels vergroot. Bovendien werd met een markering op het wegdek aangegeven, waar de inrit van de fietsersstrook is gele gen. VRAAG. De heer VAN DER WERFF zegt, dat het Chasséveld tegenwoordig frequent gebruikt wordt als parkeerplaats voor grote en zeer grote vrachtautocombinaties. In verband daarmede vraagt hij: 1. of het college niet van oordeel is, dat dit gebruik niet geheel in overeenstemming is met de opzet en zeker niet zal zijn, als daar in de toekomst het overigens niet door iedereen lang verbeide Turf schip staat; 2. of het college kan mededelen of en in hoeverre de bestrating hier door te lijden heeft; hij heeft dit zelf met lekenoog geconstateerd; 3. of het college onderschrijft, dat bij het uitrijden op de Nassausingel, speciaal indien dit omstreeks de tijden waarop de scholen aangaan geschiedt, wegens de nauwte van de betrokken singel, gevaarlijke situaties ontstaan; 4. of het niet wenselijk ware een speciaal terrein voor het parkeren van wegmastodonten aan te wijzen, juist met erkenning en begrip voor de grote diensten die de betrokken Bredase maatschappijen, want die parkeren daar ook, zowel voor het wegverkeer als voor de Bredase economie hebben. ANTWOORD. Wij ervaren het parkeren van vrachtwagens op het Chasséveld voors hands als acceptabel, omdat er geen bruikbaar alternatief is. Wij on derkennen echterJiet vraagstuk van het parkeren van vrachtwagens op openbare wegen ën -pleinen in het algemeen en hebben daarom aan de verkeersdeskundigen opdracht gegeven dit probleem te onderzoeken en ons college daaromtrent t-e adviseren. De verharding van het terrein is solide en berekend op het gebruik door vrachtwagens. Beschadiging van het plaveisel vond waarschijnlijk plaats door kermiswagens. Het afrijden van het terrein doör vrachtwagens aan de zijde van de Nassausingel zal zelden of nooit samenvallen met het tijdstip, waarop de schooltijden aanvangen. Mocht dit in de toekomst wel gebeuren, dan dienen geëigende "maatregelen te worden genomen. Wij achten het noodzakelijk, dat transportbedrijven en dergelijke op de eerste plaats zelf in hun behoefte aan parkeerruimte voor hun wa genpark voorzien.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 483