52 18 JANUARI 1968 consequenties zullen toenemen. Dit voorstel is op basis van de uitgangspunten neergelegd in het voor stel en mede gezien de thans en in de toekomst niet te voorziene fi nanciële en daaruit voortvloeiende budgettaire consequenties, voor hem daarom niet aanvaardbaar. Naar zijn oordeel dient slechts het bedrag van de directe exploitatie kosten ten laste van de gemeente te komen,welk bedragvanƒ 188.000, - dan op basis van de hoeveelheid aangevoerd afvalwater op de vervui lers dient te worden verhaald. De heer VAN DER ZWAN zegt dat zijn fractie, net zo min als de fractie van de heer van Loon, met dit voorstel erg gelukkig is.Hij ge looft echter dat men vóór alles realist moet zijn. Breda is voor eigen rekening en op eigen initiatief noodgedwongen begonnen met uitvoe ring van deze afvoerleiding. Breda heeft dit gedaan in de hoop en in de verwachting dat deze afvoerleiding te zijner tijd overgenomen zal worden door een schap of een corporatie. Deze hoop is helaas niet in vervulling gegaan, misschien gebeurt het alsnog deze week, althans worden er deze week misschien beslissingen genomen die in deze richting zullen gaan wijzen. De raad moet zich wel realiseren, dat ware het zo dat een aantal jaren geleden deze ri- oolwaterafvoerleiding door een schap overgenomen zou zijn, deze hef fing niet achterwege was gebleven, zij het dat deze heffing niet door de gemeente Breda opgelegd zou worden maar door een ander orgaan. Dit bedoelt hij, als hij stelt dat de raad realist moet zijn. Daarnaast moet ook aan de toekomst worden gedacht. Naar zijn me ning zal zo'n schap of corporatie deze rioolafvoerleiding niet voet stoots overnemen, men zal ongetwijfeld kijken naar de financiële con sequenties. Breda is tijdens de bouw doorgegaan met het bijschrijven van rente als investeringskosten. Dit is zeer zeker te verantwoorden. Nu echter deze installatie in gebruik is genomen kan men zich afvra gen of men door kan blijven gaan met het bijschrijven van de rente en het niet-afschrijven van de slijtage. Als dit voorstel niet wordt aange nomen, zal het naar spreker's mening de consequenties hebben dat er vertraging optreedt in de overname door het schap en dat er verder de mogelijkheid is dat deze rioolwaterafvoerleiding wordt overgenomen tegen een waarde die lager ligt dan de boekwaarde, inclusief de bij geschreven rente. De heer van Loon heeft een aantal suggesties gedaan: de ontwikkeling is versneld, het komt morgen in provinciale staten, niet bekend is wat er uit zal komen. Spreker had ook liever dat de vergadering van provinciale staten een maand eerder had plaatsgevonden, dan was bekend waarover wordt ge sproken. Overigens ziet spreker echter geen mogelijkheid om het voorstel af te wijzen. De heer MELZER wil zich graag scharen achter het betoog van de heer van Loon, waar deze stelde dat het stuk weer zo laat is aangebo den. Dit betreurt spreker nog temeer, omdat hij van buitenstaanders, lang voordat het hem bereikte, moest vernemen dat dit stuk ging ko-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 52