20 JUNI 1968 505 derwijs, gewoon antwoord gegeven worden op een feitelijke situatie zonder daarbij een verdere ontwikkeling op dit moment vast te leggen. Burgemeester en wethouders zouden bijzonder graag willen, dat in Breda samen gewoon gezocht wordt naar de beste vorm, zonder dat daarbij bij voorbaat wordt uitgesproken welke vorm dit zou moeten zijn. In gesprekken die spreker gehad heeft met anderen over dit on derwerp was deze geest aanwezig. De heer VAN DER WERFF wil gaarne zijnerzijds namens zijn frac tie voor de woorden van de wethouder applaudiseren. Deze zaak heeft echter een voorgeschiedenis en hij zou alleen maar van harte kunnen applaudiseren, wanneer de heer Kroon en zijn fractie in tegenstelling tot datgene wat hij op 13 februari 1963 heeft gezegd dan nu ook zou willen applaudiseren. De heer KROON zegt dat hij wordt uitgenodigd om te applaudiseren, maar dat hij dit op dit ogenblik niet kan doen. Spreker dacht dat hij zijn standpunt duidelijk had uiteengezet in eerste instantie. Hierbij heeft hij gesteld dat hij het bijzonder onderwijs uitgaande van de ou ders al of niet op confessionele basis voorkeur verdient boven het open baar onderwijs in het algemeen. Spreker heeft gezegd dat in de laatste alinea van het voorstel van bur gemeester en wethouders de mogelijkheid wordt opengelaten om tot een gezamenlijk overleg te komen. Dit gezamenlijk overleg ziet hij dusdanig dat dit in de eerste plaats van onderwijskringen moet uitgaan omdat zoals wethouder Broeders ook heeft gezegd er ten aanzien van het buitengewoon onderwijs een grote nood is. Men wil wèl met el kaar praten. Spreker verklaart dat hij de compromisschool ook vandaag nog afwijst. Zoals hij ook destijds heeft gesteld ten aanzien van het begeleiden van het kind en zeker van het kind in zijn moeilijke situatie met leer- en opvoedingsmoeilijkheden, blijft hij van oordeel dat moet worden uit gegaan van een levensbeschouwelijke achtergrond. Op basis daarvan zou hij er zeer veel voor voelen om te komen tot een interconfessione le basis. Ook bij het r. k. onderwijs leeft deze gedachte. Aan een com promis ten aanzien van zijn uitgangspunt en zijn overtuiging kan hij niet medewerken omdat hij de opvoeding van het kind uitermate be langrijk vindt. Mevrouw DE BONTE wil evenals de heer van der Werff, wethouder Broeders danken voor hetgeen hij heeft betoogd. Het was haar erg uit het hart gegrepen en zij zal nergens meer verheugd en blijder mee zijn dan met een behoorlijke samenwerking in de gemeente Breda, vooral voor deze ongelukkige kinderen en de ouders die er zoveel zorgen voor hebben. Zij vindt het een treurige zaak dat ieder in zijn eigen hokje zit. Daar om zou zij op het gebied van deze scholen willen pleiten voor het om de tafel gaan zitten en samen te praten. Met de herstructurering zo als in het voorstel van burgemeester en wethouders is zij het eens als dit inhoudt dat hierbij ook alle levensbeschouwelijke richtingen ver tegenwoordigd zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 530