56 18 JANUARI 1968 in te zien. Hij meent ook dat dit maar een vrij losse opmerking is die toch alleen maar op veronderstellingen is gestoeld, meer niet. Het gaat hier om een recht van rioolwaterafvoer en -zuivering. Het is zeer te begrijpen dat het college voor deze uitgave dekking zocht. Dekking voor zeer grote uitgaven, verbonden aan de bouw van een installatie van zo'n grote omvang. Daar profiteert de hele gemeen te van. Profiteren van alle overheidsvoorzieningen wordt niet altijd door heffing getroffen. Maar ook is een feit dat er iedereen mee ge baat is. Het college vraagt nu een heffing, straks wil het nog met een ande re belasting komen, hij denkt hierbij aan de kwestie luchtvervuiling. Dan zal het wel niet zo zijn dat men pijpen moet leggen naar de Moerdijk, maar in ieder geval zal er toch een instantie moeten ko men, die metingen kan verrichten en vastlegt, conclusies trekt en maatregelen doet treffen. Dat zal dus een vrij kostbaar instituut worden en het is logisch - in dezelfde gedachtenwisseling doorpra tend - dat ook daar heffingen voor komen. Naar spreker's mening kan men naar redelijkheid stellen dat ieder bedrijf, wat voor zijn vuil water voorzieningen treft zodat de overlast zo gering mogelijk zal zijn, zocht naar mogelijkheden voor een minimale vervuiling van afvoerwater c.q. van lucht. Is het dan nu redelijk dat een be perkt aantal bedrijven belast gaat worden? Is het nu redelijk dat be paalde rechten worden geheven van eigenaren van panden waardoor uiteindelijk ook de huurders worden getroffen. In de regel zijn het dan juist die groepen van mensen die daar het meeste hinder van on dervinden en die behoren tot de minst draagkrachtigen. De hele industrievestiging voltrekt zich uitermate moeilijk. Vandaag kon men nog in de krant lezen dat dank zij de bemoeiingen van de burgemeester en daarbij de Maatschappij tot bevordering van indus trievestiging Tilburg, men daar weer dolgelukkig is, dat zich een bedrijf heeft gevestigd. Roosendaal stelt grond ter beschikking voor aanzienlijk lagere bedra gen dan de prijzen die de raad hier daarnet nog heeft vastgesteld. Onze zuiderburen, met name de Belgen, allerlei faciliteiten verle nen om industrie aan te trekken. Vandaag heeft de raad de cultuurnota behandeld en het college heeft daarbij de raad - die daar naar spreker's mening zeer gelukkig mee is - een bijzonder lezenswaardig stuk gegeven dat is geschreven door professor Idenburg. Op bladzijde 13 staat dat de toename van de be volking tot het jaar 2000 eigenlijk toch al zo bijzonder nabij is en dat met de gemaakte prognoses alleszins rekening mee is te houden, ook al zullen straks de resultaten wat minder zijn dan nu is aangegeven. Naar spreker's mening is wat nu wordt gedaan alleszins onjuist. On juist omdat Breda een image wordt gegeven die het eigenÜjk niet verdient. Hier worden lasten opgelegd terwijl niet eens bekend is wat het schap straks gaat doen. Men brengt Breda nu zelfs vrijwillig in een ongunstige positie, ter wijl het helemaal niet nodig is. Als Breda straks verenigd is in een schap en de lasten worden gezamenlijk opgelegd, verkeert Breda niet alleen in een ongunstige positie. In de heel wijde omgeving zal de situatie zo zijn dat iedereen en alle bedrijven onderhavig zijn aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 56