570 15 AUGUSTUS 1968 Dr an en- De heer SPANIER wil nog gaarne ingaan op het punt over het doen verdwijnen van de zondagmiddagconcerten» Gaarne wil hij een lans breken om ze te handhaven» Hij kan zich goed voorstellen dat er een groep mensen is, die het prettig vonden om op zondagmiddag een concert te beluisteren» Men moet niet te gemakkelijk zeggen dat iedereen wel naar een voetbalwedstrijd kijkt» Spreker is van mening dat dit beslist te dwaas is» Handhaving van de concerten bij een mi nimaal bezoek wil hij niet bepleiten, maar een onderzoek zou dit moeten uitwijzen» t Spreker zou de verdwijning van deze zondagmiddagconcerten als een verarming zien van de culturele inhoud van de stad Breda» is g n *1- ter- r 1 Wethouder GIELEN wenst allereerst te antwoorden op de opmer king, die de heer van Werkhooven heeft gemaakt over de uitkoop sommen. De uitkoopsommen van Globe zijn met goedvinden van het subsidiëntenoverleg en burgemeester en wethouders verhoogd van 2. 000, -- tot 2» 200, --» Dit is dus geen 5. 000, -- of 4. 000, -- zoals de heer van Werkhooven heeft gezegd» De uitkoopsommen aan de westelijke gezelschappen liggen tussen de 3. 000, -- en 4.000, Dit geeft in de berekening van de heer van Werkhooven een verschil van 1. 500, -- per voorstelling» Vervolgens rekent de heer van Werk hooven uit dat de gemeente Breda een subsidie moet betalen van 80. 000, -- en dit delend door 15 krijgt hij als uitkomst ruim 5. 000, -- per voorstelling. Zo zou men ook, zo zegt spreker, de kosten van het Brabants Orkest kunnen gaan berekenen en daarbij dan nog het aantal bezoekers in de berekening betrekkend,komt men tot een hoge prijs per bezoeker. ij ,t, Spreker gelooft niet dat men z-o moet redeneren. Men moet de waar dering tot uitdrukking brengen die men heeft voor een groot goed dat er is gelegen in het Brabants Orkest, terwijl er voor het Zuidelijk To neel naar gestreefd wordt dat het eens een groot goed zal zijn. Wanneer het thans mogelijk zou zijn onder het gewijzigde bestuur met een nauwgezet toezicht van de stichting en van het gezamenlijk over leg er iets van te maken, dan zou het naar spreker's mening bijzonder jammer zijn, wanneer de gemeenteraad van Breda nu reeds de hand zou terugtrekken, wat de heer van Werkhooven met zijn fractiegenoten zouden willen doen, door tegen subsidiëring van het Zuidelijk Toneel te stemmen. Indien de gehele gemeenteraad dit idee zou overnemen, zou aan dit gezelschap de doodsteek worden toegebracht. t Spreker gelooft dat het Zuidelijk Toneel recht heeft op de kans te la ten zien wat het presteert. De gemeenteraad heeft dan de vrijheid om vóór 1 september 1970 ja of nee te zeggen» St t Hij zou het bijzonder op prijs stellen dat, waar Breda vorig jaar een negatief standpunt heeft ingenomen, de raad nu zou laten blijken Zuidelijk Toneel de kans te willen geven door een subsidie voor 3 jaar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 596