572
15 AUGUSTUS 1968
De heer WOESTENBERG zegt dat het wel algemeen bekend is dat
de gemeente algemene subsidies geeft, medewerking verleent, zeker
heidstellingen van geldleningen geeft. Bij dit voorstel tot financiële
medewerking aan het gemeenschapshuis "Zandberg" wil hij toch een
korte opmerking maken. Deze gemeenschapshuizen staan echt niet
voor iedereen open. Bovendien, zo zegt spreker, hebben zij gepeper
de prijzen voor zaalhuur enz. Het is hem bekend dat ze niet altijd
openstaan voor elke vereniging van welke aard of richting ook. Men
kan er vreemd van opkijken, zo zegt spreker, maar er leven in Breda
nu eenmaal mensen die anders denken en daaronder zijn er die finan
cieel niet al te draagkrachtig zijn. Indien men dan om financiële
medewerking aan de gemeente vraagt dan moeten deze gemeenschaps
huizen, of het nu "de Zandberg" is of een ander, openstaan voor fi
nancieel minder draagkrachtige verenigingen en groeperingen. Even
tueel zou een lagere huurprijs gevraagd kunnen worden. Bij het ge
meenschapshuis "de Zandberg" is dit naar zijn oordeel niet het geval.
Spreker wenst daarom geacht te worden tegen het voorstel te hebben
gestemd.
Mevrouw lëGER vindt het onpraktisch dat men op de eerste etage
een gymnastiekzaal bouwt om dan daaronder te gaan vergaderen en
lezingen te houden. De consequentie is dan dat er geluidshinder
is. In het vervolg is het naar haar mening beter om het andersom te
doen.
Wethouder VAN BIJNEN zegt dat de heer Woestenberg heeft mede
gedeeld dat niet iedereen van het gemeenschapshuis "de Zandberg"
gebruik kan maken, omdat er tarieven voor zaalhuur gevraagd worden,
die voor bepaalde groeperingen onbetaalbaar zijn. Hij heeft naar spre
ker's mening niet gesproken over het wezen van bepaalde groeperingen
ook al zouden zij de huurprijs wel kunnen betalen. Ook dit zou
mogelijk kunnen zijn indien het ordeverstorende organisaties zouden
zijn.
Gemeenschapshuizen, zo zegt spreker, krijgen behalve een garantie
tot het tijdig betalen van rente en aflossing op geldleningen ook nog
een subsidie, die maximaal gelijk is aan de kapitaallasten. De ove
rige exploitatielasten moeten zij door de exploitatie-inkomsten zien
te dekken. Er is dan ook voor de gemeenschapshuizen geen mogelijk
heid om een sociaal tarief voor zaalhuur toe te passen.
Indien niet financieel draagkrachtige verenigingen geholpen moeten
worden dan zullen zij zich tot het gemeentebestuur moeten wenden
om subsidie. Er zijn subsidieregelingen voor culturele en jeugdvere
nigingen.
Spreker benadrukt nogmaals dat de gemeenschapshuizen tot taak heb
ben hun exploitatie rond te krijgen. De tarieven voor zaalhuur moeten
daartoe zijn aangepast.
