618
12 SEPTEMBER 1968
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
33. INTREKKING VAN ARTIKEL 125 VAN HET ALGEMEEN AMBTE
NARENREGLEMENT.
Mevrouw JhGER zegt dat haar fractie verheugd is met dit voorstel
tot gelijkstelling van werkende mannen en vrouwen. Deze gelijkstel
ling wordt gelukkig al jaren toegepast, mede onder aandrang van haar
fractie. De fractie is er bijzonder mee ingenomen dat dit nu gelegali
seerd is.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
F
34. REGELING TER ZAKE VAN HET FUNCTIONEEL LEEFTIJDSONT
SLAG.
De heer KRAMER zegt dat de lijst van slijtende beroepen op papier
niet zo groot was, hetwelk in de praktijk toch wel eens iets anders was.
Zijn fractie is blij met dit voorstel betreffende functioneel leeftijds
ontslag; overleg op verschillend niveau en ook via het georganiseerd
overleg heeft hiertoe geleid. Vooral de zienswijze, in het voorstel
onderstreept, om in het vervoerbedrijf tijdig over te schakelen op min
der zware functies, komt de mens ten goede.
Het zo lang mogelijk handhaven van een functionaris in het arbeids
proces - gezond en met goede werkverhoudingen - moet niet beperkt
blijven tot het vervoerbedrijf zoals in het voorstel staat, maar het eist
om teleurstellingen te voorkomen aanpassing van de personeelsplan
ning. Spreker is dan ook zeer geïnteresseerd naar de uitslag van de
studie van het college met betrekking tot het verder aanvullen van
deze f. l.o. -lijst, zoals functioneel leeftijdsontslag in de omgang
wordt genoemd, want hij ziet dit als een begin van de ingeslagen so
ciale weg waarop zonder stilstand bewust regelmatig stap voor stap
verder moet worden gegaan. Aan het functioneel leeftijdsontslag zit
nog meer vast. In het bijzonder bij de bedrijven moeten de gevolgen
van de verdere automatisering worden bestudeerd, juist in verband
met die personeelsplanning. Daardoor kan het accent meer op de mens
worden gelegd in deze toch wel economische harde maatschappij. In
de toekomst zal door de gewijzigde werkomstandigheden de bekende
logische pyramide-opbouw van de personeelsgroep steeds meer gaan
verdwijnen. Ook tijdig voorbereiden van het personeel op belangrijke
wijzigingen is een taak met hoge urgentie. In dit verband wil spreker
ook wijzen op de steeds groter wordende noodzakelijkheid om van be
roep te wisselen, een belangrijk facet bij de studie van mechanisatie
en automatisering. De fractie is hier beslist voorstandster van en te
vens van een actief beleid om de mens staande te kunnen houden, dus
zonder verlies van eigenwaarde in een waarlijk zeer snel afkomende
technische ontwikkeling, zelfs een enigszins technische overrompeling.
Spreker denkt dat hij hierbij echter vooruitloopt op de in het uitzicht
gestelde personeelsnota. Toch zal een beleid zonder voldoende basis
kennis van het spoedig komende zeer technische tijdperk teleurstel
lend zijn met betrekking tot het carrièreperspectief van het personeel