621 12 SEPTEMBER 1968 verband met het feit dat ter verkrijging van de rijksgoedkeuring destijds is gekozen voor een van de traditionele wijze afwijkende manier van uitvoering. Men moest zoeken naar arbeidsbesparende bouwmethodes en dit leidde tot verschuivingen van arbeid van de bouwplaats naar de fabriek. Er was nog weinig ervaring op dit punt en dat heeft inderdaad tot stagnaties geleid. Men moest te lang wachten op de laatste ople vering hetgeen eigenlijk de grondoorzaak van de vertraging is geweest en dus ook van het langere toezicht. Het houdt dus niet rechtstreeks verband met het onder A genoemde. Met de budgettaire consequentie van 21.000, -- per jaar kan de vol gende jaren rekening worden gehouden, voor 1968 is dat echter zeer moeilijk en voor 1969 zou het alleen kunnen bij wijziging van de be groting. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 37. WIJZIGING VAN DE "OVEREENKOMST GASVOORZIENING RIJS- BERGEN". 38. ONBEWOONBAARVERKLARING VAN DE WONING NIJVERHEIDS SINGEL 59. Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten. 39. PARKEERVOORZIENINGEN AAN DE JADESTRAAT EN DE SMARAGD STRAAT. De heer WOESTENBERG juicht het voorstel zeer toe, hoewel hij zich wel afvraagt of men dit destijds niet heeft kunnen voorzien, of wat nog belangrijker is bij de bouw van nieuwe blókken alvast parkeer havens aan kan leggen. Er zijn tientallen straten aan te wijzen waar parkeervoorzieningen moeten worden aangebracht. Hij vraagt zich bovendien af of het niet een politiek stuntje is om straatje voor straatje parkeergelegenheid aan te leggen. Men zou een commissie moeten samenstellen die bekijkt waar de par keervoorzieningen nodig zijn en men zou een urgentielijst kunnen sa menstellen voor de straten die het eerst in aanmerking komen. Ook de parkeerverbetering aan de Epelenberg juicht hij toe. Hij voelt echter toch niet zoveel voor het straatje voor straatje aanvragen als een soort politiek stuntje. De VOORZITTER zegt de heer Woestenberg dit zeker niet te hard te zeggen en ook zeker niet te herhalen. Wethouder VERMEULEN zegt dat het ruimtelijk gezien inderdaad is voorzien en dat wordt aangelegd op een moment dat het nodig is. Het zou toch dwaas zijn om op het moment dat de huizen er stonden en de garages daaronder en die in de buurt niet verhuurd werden, kos ten te gaan maken om braakliggend terrein geschikt te maken om te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 647