65
18 JANUARI 1968
heeft onder andere gezegd dat de waterprijs moet worden verhoogd.
Die gedachte is in de afdelingsvergadering ook naar voren gekomen.
De heer van Banning gaat zo ver dat zelfs vrijwillig de Bredase bur
gerij een last zou worden opgelegd, wat niet nodig is en hij noemde
het een asociale maatregel. Spreker zou niet zo ver willen gaan om
het college te betichten van aiociale voorstellen. Hij meent dat het
college wel met het voorstel in de maag heeft gezeten en dat het
noodgedwongen, omdat men geen andere uitweg zag, met dit voor
stel is gekomen.
De heer MELZER zegt dat wethouder Broeders hem heeft gevraagd
wie met bange personen werden bedoeld. Dat geldt voor het hele col
lege; spreker hoopt dat de raad ook niet bang is. Men moet ergens op
passen. Deze gesprekken kunnen bij diegenen die in deze zaak geïn
teresseerd zijn - dus de outsiders die straks het waterschap gaan vor
men - de wetenschap brengen dat Breda niet in eigen zaak gelooft en
zo komt men in een moeilijke onderhandelingspositie. Men moet niet
met bevende handen naar de onderhandelingen gaan, maar met de
borst vooruit. Niet Jan Salie, maar Jan Courage. Het is heel belang
rijk dat die onderhandelingen keihard worden gevoerd.
Spreker vindt het jammer dat wethouder Broeders iets uit het verband
heeft gelicht en uitvoerig is gaan praten over bepaalde stimulerings
subsidies.
Spreker heeft dit in zijn totaliteit bedoeld, in die zin dat men aller-
wege doende is om bedrijven naar zich toe te trekken. Nog een ding
wil hij duidelijk stellen. Zijn hoofdbezwaar is, waarom gaat Breda
vooroplopen.? Zowel bij een waterschap als in het wetsontwerp - waar
van wordt gehoopt dat het geen lj 2 jaar zal duren - wordt uitgegaan
van vervuiling; dé vervuiler betaalt. Het systeem dat Breda gaat toe
passen houdt daar helemaal geen rekening mee. Spreker wil de raad
daarvan overtuigen. De informaties die hij in eerste instantie heeft
gegeven, komen zo maar niet uit de lucht vallen, ze komen van de
experts inzake watervervuiling in Nederland.
Een bedrijf in Breda dat een bepaald produkt maakt, moet bij aanna
me van dit voorstel straks 25 of 30 mille gaan betalen. Een aanzien
lijk groter bedrijf moet aan de Dommel - omdat het praktisch geen
vuil water loost - 588, -- per jaar betalen. Men moet weten dat de
distributiemethode in dit land sterk is gewijzigd, men rekent met tien
den van centen. Men rekent per eenheid fabricage, het gaat om 1/10
of 2/10 cent of men die zaak doet of niet. Omdat men nu vooruit
wenst te lopen, kan dit bepaalde bedrijven in ernstige moeilijkheden
brengen. Spreker is ervan overtuigd, dat te zijner tijd heel Nederland
onder regime komt van een vaste betaling voor verontreiniging van
het water. Maar dan is het gelijke monniken, gelijke kappen.
Wat nu gedaan wordt vindt spreker discriminerend, temeer nog omdat
bepaalde bedrijven er gewoonweg buiten vallen. Spreker meent daar
om niet nog een keer te hoeven vertellen dat hij zijn standpunt moet
handhaven.
Tot slot wil spreker terugkomen op het ter beschikking krijgen van een
bepaald stuk. Hij kan zich voorstellen dat het moeilijk is heel de raad
tijdig de stukken toe te sturen, maar hij had minimaal mogen ver-