14 NOVEMBER 1968
713
Men kan daar ook krantenverslagen op naslaan. Ook de journalist
zoekt soms naar een uitweg om een beginsel opnieuw vast te leg
gen. Nu zijn er juist ten aanzien van een functioneel orgaan op een
betrekkelijk kleine schaal als een culturele raad mogelijkheden. Dit
zou spreker aan de hand van een citaat even willen adstrueren, op
dat burgemeester en wethouders niet denken dat hij alles zelf verzint.
In "Toepasselijke communicatie en democratie" van Dr. Straver
staat op pagina 12 van Katernen 2000, dat er "juist bij die functio
nele lichamen een vorm van participatie mogelijk is en met name
van belang is omdat ze vorm blijven geven aan de zin van democra
tisch bezig zijn als levensprincipe van een hele samenleving". Naar
spreker's gevoelen heeft burgemeester en wethouders iets te snel en
wellicht iets te gemakkelijk gezegd zijn voorstel niet over te nemen.
Hij kan zich voorstellen dat burgemeester en wethouders dit, gezegd
hebben omdat het een novum is. Er is vandaag de dag echter een
hele sterke stroomversnelling en de burger is de laatste tien jaren
duidelijk mondig geworden.
Hiervan geeft de burger dan ook blijk. Soms slaat het een beetje door.
Doch dit moet naar spreker's mening genomen worden. Er is ook nog
iets anders.
Spreker voert niet alleen het woord voor zich persoonlijk, maar na
mens de fractie en ook niet alleen op theoretische of academische
gronden.
In de culturele werkgemeenschap, waarvan hij lid was, is wel dege
lijk de behoefte gevoeld en ook besproken om meer in de openbaar
heid te kunnen treden. Burgemeester en wethouders zullen zich kun
nen herinneren dat spreker zich daartegen verzet heeft. Zij ontvan
gen de notulen van de C. W. G. De reden hiervan was dat het een
bestaand adviesorgaan was dat voor intern gebruik bedoeld was. Daar
om dacht hij dat nu juist bij de culturele raad een nieuwe stijlmoge
lijkheid zou kunnen worden ontwikkeld.
Indien burgemeester en wethouders stellen dat de openbaarheid van
de vergaderingen van de culturele raad een rem zou kunnen zijn voor
een standpuntbepaling, dan zou hij daartegenover willen stellen dat
dan de raadsleden in hun openbare vergaderingen ook niets zouden
durven stellen. Hij kan zich ook niet voorstellen dat er daarom dan
ook geen geschikte mensen zouden zijn te vinden. Mensen, die hun
mening niet in de openbaarheid durven uiten zijn dan ook niet zo
verschrikkelijk geschikt, zo zegt spreker. Bovendien kraken de publie
ke tribunes in Breda nog niet. De culturele raad zal later allicht to
taal met homines novi bemand worden, maar burgemeester en wet
houders zullen toch ook gaan putten uit mensen uit bepaalde beleids
sectoren, deels wellicht uit leden van de bestaande raad voor de be
roepskunst en de culturele werkgemeenschap. Hoewel deze mensen
niet verantwoordelijk zijn, hebben zij door hun uitspraken medege
werkt om bepaalde punten in de cultuurnota vast te leggen en hebben
als leden van het adviserend lichaam het cultuurbeleid zoals dit tot
op heden gevoerd is in Breda mede bepaald.
Bovendien is spreker van mening, dat er bovendien nog een voordeel
aan de openbaarheid is, namelijk dat de doorstroming van denkbeel
den van de bevolking naar burgemeester en wethouders via de advies
raad bevorderd zou kunnen worden. Dat er consequenties voor andere