14 NOVEMBER 1968 727 De heer WOESTENBERG maakt bezwaar tegen de woorden "hand je klap" en "onder de tafel handelen". Hij heeft het ook niet willen suggereren, maar heeft er toch wel aan gedacht. Er zijn nogal wat vriendjes in Breda en die zitten hier in de raad. De VOORZITTER onderbreekt de heer Woestenberg met de me dedeling dat hij daarover niet mag spreken. De heer WOESTENBERG vervolgt dat hij zich toch sterk aansluit bij de vorige spreker zonder daarmede een bepaalde verwantschap te hebben. In ieder geval vindt hij de huur veel te laag en dat kan hij baseren op het feit dat hij 20 jaar in het horecavak werkzaam is. Hij kent de horecasector zeer goed. Als men bij dergelijke bedrijven verte genwoordiger is, dan krijgt men elke maand, als men zijn salaris komt afrekenen, de mededeling te horen: "Wij zijn geen charita tieve instellingen, bij ons gaat het keihard om de centen". Spreker dacht dat het bij alle bedrijven zo was. De 35.000, verbouwingskosten komen neer op 294, per maand ongeveer, doch deze worden wel doorberekend aan de horeca- exploitant. Indien spreker het voorstel goed gelezen heeft behoeven de vis- en bloemenhandelaren geen groter bedrag te betalen dan het door hen verschuldigde op de markt. Maar de horecaman, die daar komt vervangen of de zaak komt uit oefenen zal heus wel behoorlijk op tafel moeten komen met de no dige verplichtingen zoals bijvoorbeeld de verplichting van reclame. Dit zij iedere brouwerij vergund. Het is echter nog steeds een goed koopmansgebruik dat de meest biedende toegelaten wordt. Ook is spreker het niet eens met de wethouder, indien hij zegt dat het initiatief alleen maar van die kant gekomen is. Er zijn wel meer initiatieven naar voren gebracht, maar daar is men dan niet op ingegaan. Afgezien van het feit, dat deze brouwerij hier de voorhand zou mogen hebben, blijft altijd nog het veel te lage bedrag, dat in de gemeentekas terecht zal komen en daarbij sluit hij zich gaarne aan bij de vorige spreker. Spreker vindt het een goed idee om de verbouwing zelf ter hand te gaan nemen en de afschrijving over 20 jaar te gaan uitsmeren. De eerste 10 jaar heeft men verplichtingen aan de brouwerij "De Drie Hoefijzers". In deze 10 jaar kan de index zwaar verschillen. Een voudiger gezegd de 600,kunnen over 10 jaar niets meer waard zijn en koopt men er dan zelfs geen oude fiets voor. Bij verbouwing door de gemeente en een huurprijsvaststelling met een indexwaarde komt men tot een meer zuiver zakelijk voorstel. De Drie Hoefijzers en elke andere brouwerij zullen hiervoor dan ook even goed geïnteresseerd zijn. Hij heeft er geen bezwaar tegen dat de initiatiefnemer de voorhand heeft. Het huurbedrag is naar spreker's mening te laag en hij zal dan ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 753