728 14 NOVEMBER 1968 tegen het voorstel blijven stemmen. De heer VAN CAULIL merkt op dat hij met het noemen van de beperkingen ernaast heeft gezeten. Het bleek niet 6.00 uur te zijn maar 24.00 uur. Hij bedoelde evenwel een sluiting om 8.00 uur. Gaarne zou hij nog vernemen of de sluiting om 24.00 uur de gehele week geldt. Omdat hij deze beperking dus niet juist gelezen schijnt te hebben, wil hij thans toch wel weten of hij de andere dingen wel juist gele zen heeft. In het huurcontract wordt voorgeschreven dat geen sterke drank zal worden verkocht. Aan de andere kant geeft hetzelfde college een drankwetvergunning af, waarmede de mogelijkheid geschapen wordt om sterke drank te verkopen. In de vergadering van de afdeling heeft hij met opzet die vraag ge steld of die beperkingen in het contract maatgevend waren. Wanneer straks zou blijken dat spreker ook dit verkeerd gelezen heeft, dan blijft hem niet veel anders over dan toe te geven dat er van de beperkingen niet zo heel veel meer overblijft. Spreker had hierover gaarne een duidelijke uitspraak. De heer VAN DER WERFF zou ten aanzien van de onkundigheid van de raad in deze kwestie, die van een paar kanten naar voren is gebracht, willen stellen dat hij zich meent te herinneren dat op een gegeven moment in de afdeling voor culturele zaken deze possibili- teit al vrij lang geleden besproken is. Hij meent dat hij het in de fractievergadering, omdat hij in deze afdeling zitting heeft, ook aan de orde heeft gesteld. Indien de andere leden van de afdeling voor culturele zaken dit ook gedaan hadden, dan waren althans een aantal fracties niet onkundig geweest van de mogelijkheid van dit voornemen van burgemeester en wethouders. In verband met de opmerking van de heer van Banning dat het hier zo'n waardevol punt in de stad betreft, moet spreker toch mededelen dat zijnerzijds juist is gesteld, dat hij hoopt dat het door deze acti viteit een waardevol punt zal gaan worden. Juist op het punt van de levendigheid is deze hoek van de stad toch nog niet helemaal wat het zou moeten zijn, ofschoon hier vroeger de economische hartslag van Breda zich afspeelde. Spreker meent te weten dat de laatste verse vis daar op 10 mei 1940 om half vijf 's ochtends is verkocht, en hoopt dat dit weer zal gaan ge schieden onder betere omstandigheden. Mevrouw VAN MIERLO zegt dat zij een huur van 600, niet veel vindt. Maar zij dacht dat men bij deze huur de rente van het gederfde kapitaal moet tellen. Rekent men 10°Jo van het gederfde kapitaal van 35.000, --, dan komt spreekster aan een huur van 4.100,— per jaar. Becijfertmen dan ook nog de risicofactor dan komt men zelfs nog aan een heel an dere becijfering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 754