77
31 JANUARI 1968
Het heeft mijn instemming dat de begroting sluitend is opgesteld kun
nen worden, hoewel dit wederom heeft moeten plaatsvinden door verho
ging van eigen inkomsten, waarvan de verhoging van het huisvuilophaal-
recht en de verhoging van de opcenten personele belasting de belangrijk
ste inkomstenverhogingen betekenen,,
Het standpunt van Uw college om op den duur te komen tot een kost-
prijsdekkend tarief zou ik als uitgangspunt wel kunnen aanvaarden.
Wij zullen er wel voor hebben te zorgen dat die kostprijs dan binnen
een aanvaardbaar niveau blijft; mocht zulks door bepaalde niet voorzie
ne omstandigheden niet mogelijk zijn, dan dient mijns inziens op ande
re wijze ruimte in de begroting te worden gevonden.
Zolang onze gemeente op de meest voordelig denkbare manier huisvuil
blijft storten en verwerken, lijkt mij een belangrijke stijging van de
kostprijs nauwelijks mogelijk.
Daar staat tegenover dat de personeelslasten de laatste jaren niet onbe
langrijk zijn gestegen. Deze personeelskosten zullen waarschijnlijk nog
wel blijven stijgen, zodat ik verwacht dat Uw college zal blijven voort
gaan met te zoeken naar kostprijsverlagende maatregelen. Over de eer
ste proef met het plaatsen van containers kon Uw college nog geen oor
deel geven. Het heeft mij verheugd mijnheer de voorzitter, in Uw ant
woord op schriftelijke vragen te hebben gelezen dat U bereid bent met
vertegenwoordigers van de inwoners over mogelijk vermeende klachten
te praten. Ik acht het niet onmogelijk dat door overleg wederzijds meer
inzicht in en begrip voor het probleem van de huisvuilverwijdering zal
ontstaan. Mogelijk kan Uw college mededelen of meer van deze of
soortgelijke proeven met containers zullen worden genomen.
In Uw mededeling omtrent de stand van de saldi-reserve van 10 mei 1967
deelt u mede, en ik citeer:
"Wij hebben besloten voortaan in de nota van aanbieding, behorende bij
de gemeentebegroting voor het nieuwe dienstjaar ten aanzien van de
stand van de saldi-reserve een vaste lijn te volgen. Met alle op dat mo
ment bekende toevoegingen aan en eventuele beschikkingen over het
saldi-reserve zal rekening worden gehouden".
ïn het vraag- en antwoordboek is van de zijde van de raad opgemerkt
dat in de begroting 1968 onder volgno. 13-025 eenzelfde bedrag als
maximale beschikking over de salri-reserve is opgenomen als het her
ziene bedrag van de begroting 1967.
Uw antwoord dat dit ook op 5 januari j.l. nog de meest recente cijfers
zouden zijn en dat door Uw uitvoerige informatie aan de raad in de mei-
vergadering van 1967 een uitvoerige toelichting een doublure zou vor
men, acht ik om meerdere redenen onvoldoende. Over het resultaat van
de gemeenterekening 1966 dient de raad niet in de eerstkomende verga
deringen te worden geïnformeerd, doch dit resultaat dient bij de behan
deling van de begroting bekend te zijn.
Het resultaat van het meest recentelijk afgelopen boekjaar kan van we
zenlijke betekenis zijn bij de behandeling van de begroting, vooral als
voor het wederom sluitend opstellen van de begroting een aantal lasten
verzwaringen noodzakelijk blijken te zijn.
Nu heeft het feit dat in de nota van aanbieding geen enkele stand van