28 NOVEMBER 1968 7 92 hoog- waar te kunnen maken dat de centrumfunctie inderdaad zo belangrijk is. delijk Spreker wil over de rente van de reserves vandaag niet al te veel zeggen. Het verschil i zijn van inzicht tussen de heer van Loon en hem zal wel blijven. Hij kan hier de heer van eggen Loon echter niet aangeven hoever dit verschil van inzicht wel gaat, dat maakt het voor ze za- hem al heel moeilijk. nnen- Wat betreft het wetenschappelijk onderwijs, zoals de K.M.A. en het N.W.I.T. kan iet re- spreker, speciaal ten aanzien van de K.M.A. zeggen dat de militairen ofwel hun kruit allege hebben verschoten, ofwel met losse flodders schieten. De wet op dat onderwijs ligt er leiden en blijft maar liggen en er komt niets uit. De kansen daar iets uit te halen zijn zeer riool- gering. Inzake de verfijningsuitkering kan men samenvattend concluderen dat hierover s des- nog geen enkel gegeven voor Breda is te bieden. Het is niet de bedoeling dat de rente en aflossing van de achterhaalde plannen van i^raag- het grondbedrijf functioneel worden toegerekend. Overigens wil spreker ook hier niet m het te veel van zeggen, want er zijn meerdere technische kanten aan, waardoor men weer terug langs elkaar heen kan gaan praten. Wanneer de heer van Loon de behoefte heeft deze or de kwestie met spreker eens uit te praten, dan wil hij dit graag eens een keer doen. ollege De heer van der Zwan heeft in zijn algemene beschouwingen enige standpunten ont- ander vouwd, die spreker alleen maar van harte kan onderschrijven. Dat is met name met n van betrekking tot de moeilijkheden waarin men komt te verkeren als men een niet slui- lu be- tende begroting heeft. Bij vergelijkingen met andere gemeenten moet niet worden ge- iëren. praat over de allergrootsten. Maar als men nu Haarlem neemt, dat een begrotingstekort ,t met heeft van 6.000.000,dan verneemt men dat deze plaats de verwachting heeft dat Loon er niets in huis komt. Ook zijn van het ministerie al duidelijke aanmerkingen gekomen, inhoudend dat zij de begroting moeten zuiveren. Maastricht heeft wel een voorlopige staan aanvullende bijdrage van 920.000,bij een begrotingstekort van 4.000.000, lienen Dat betekent dat men daar wel alle mogelijke grote plannen kan ramen, maar dat het ïg die de vraag is of zij gerealiseerd kunnen worden. Uit contacten met deze plaatsen is te- oelde, ti vens gebleken dat de onnozelste zaken aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken vuil- moeten worden voorgelegd. Het is overigens duidelijk dat als er veel gemeenten zouden slang- komen, die voor een aanvullende uitkering opteerden, het succes vanzelf zou worden nciële ondergraven en dat men dus veel beter zou kunnen gaan zoeken naar een verbetering deze van de uitkeringsregeling. De heer van der Zwan heeft dit heel sterk onderschreven, zelfs nog iets sterker dan an de het college. Volgens hem zou Breda alleen met een niet-sluitende begroting kunnen ■roken komen als het hoogspoorplan en de rioolwaterafvoerzuivering hogere lasten dan is cunst- voorzien op Breda zouden drukken. Spreker meent hier evenwel dat het College dit ■x ook laatste niet helemaal kan onderschrijven, omdat het niet kan voorzien welke mogelijke elkaar onvoorziene omstandigheden in deze nog zouden kunnen optreden, kt en De heer VAN DER ZWAN zegt ook de restrictie te hebben gemaakt: in hoeverre het heeft thans is te overzien, heeft ekenis Wethouder BROEDERS moet de heer van der Zwan gelijk geven wanneer deze zegt de er- dat onderdeel III duidelijk aanleiding geeft tot misverstand. Daar zijn gelden opge- ver- nomen die helemaal niet van de gemeente zijn. Er zijn echte reserves en andere reserves. Spreker moet zeggen dat het college getracht heeft het inzicht te verduidelijken. Of bepaalde categorieën volgend jaar anders in de begroting uit zullen komen kan hij nu echter nog niet zeggen, omdat hiervoor bepaalde voorschriften gelden. De raad kan hij nu wel toezeggen over het onderscheid zijn gedachten nog eens te laten gaan, om te nning zien wat in deze mogelijk is. Het streven is te komen naar een zo duidelijk mogelijk in- omen. zicht van de echte reserve-positie. Uit De heer van der Werff heeft gezegd dat hij niet zo erg enthousiast is over de honden- niet belasting. Op dat moment dacht spreker „Och dat hoeft ook niet". Maar de heer van at dit der Werff moet wel bedenken dat Breda wat deze belasting betreft wel aan de lage "n om kant ligt, in Duitsland b.v. is deze belasting veel hoger. De heer van der Werff heeft A

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 818