820 28 NOVEMBER 1968 Wethouder VAN BIJNEN antwoordt, dat dit gezichtspunt al eerder is medegedeeld. Het is nu bij deze begrotingsbehandeling duidelijk naar voren gekomen. Deze gedrags lijn wordt gevolgd omdat het college van mening was dat het Ei duidelijk de invloed ondergaat van het modernere Wolfslaar. Natuurlijk is het wel zo dat het Ei op dit moment hard toe is aan verbetering. Bij de vaststelling van het investeringsplan heeft het college daarom gemeend dat eerst voor nieuwe voorzieningen moet worden ge zorgd, voordat het oude een a twee jaar buiten gebruik komt. Het oude spreekwoord zegt dat men geen oude schoenen weg moet geven voor men nieuwe heeft. Toe te geven is wel dat de minder goede toestand van het Ei toch wel mede aanleiding is dat het Ei minder wordt bezocht. Gezien de relatie met Wolfslaar is gemeend dat de slechte resultaten van het Ei dan maar in de resultaten van Wolfslaar moeten worden vereffend. Bij spreker's eerste betoog is hij uitgegaan van wat bij de algemene beschouwingen aan de orde is gesteld. Hiervoor moet hij zijn excuses maken, want de vraag van de heer v. d. Zwan heeft hij niet correct ter sprake gebracht. Nadat spreker zijn antwoord had gegeven is hij van ambtelijke zijde geattendeerd op diens opmerkingen in tweede in stantie. Hoewel spreker heeft geprobeerd de grootst mogelijke duidelijkheid te betrach ten bij het aangeven van de exploitatiemoeilijkheden bij Wolfslaar en het Ei heeft hij één zaak over het hoofd gezien en die was nu juist door de heer v. d. Zwan bij het vraag- en antwoordspel aan de orde gesteld. Bij de beantwoording van de vraag heeft men ook niet op de wijze geantwoord zoals nu de zaak aan de orde komt. Het is inderdaad zo, dat als het college de tariefsver hoging zou toepassen, nog 26.000,beneden de kapitaallasten wordt gebleven. Er was dus voor Wolfslaar geen argument om de tarieven voor wat dat betreft te verho gen. Er was echter in de begroting een tekort wat nog gedekt moest worden van 75.000,- en aangezien de sportdienst nu eenmaal een dienst is die zonder meer met grote exploitatietekorten zal werken is gezegd de raming van de inkomsten met 75.000,te verhogen. Het is te verwachten dat men met die 75.000,niet uit komt, er zal toch een tariefsverhoging worden toegepast. Het is dus gedaan om daar mee het tekort van de sportdienst te dekken. De argumenten daarvoor waren dat het toch redelijk is dat de verwarming van het zwembad Wolfslaar aanleiding heeft gege ven tot - ondanks het slechte seizoen - een veel grotere toeloop naar en gebruik van Wolfslaar. De mensen die daar een abonnement hebben, hebben daar een veel groter voordeel van dan ze ooit gehad zouden hebben wanneer er geen verwarmd bad was. De prijs van een abonnement is door het grote gebruik ervan sterk gedaald en is ge middeld veel goedkoper geworden dan het vroeger was. Bovendien was het zo dat de tarieven van 1965 aangepast moesten worden aan het jaar 1968. Van 1965 tot 1968 zijn er nogal wat prijsstijgingen geweest. Dat waren de twee overwegingen om deze 75.000,in de inkomstenraming op te nemen. De heer v. d. Zwan heeft nog opgemerkt dat men met het hanteren van tariefverho gingen bijzonder voorzichtig moet zijn, omdat dit wel eens averechts zou kunnen werken. Het college heeft hieraan wel gedacht, doch het hoopt dat het beter zal aflo pen. Het is inderdaad een gok, maar het kan best allemaal meevallen.. Rekening hou dend met het standpunt van de wethouder van financiën kan worden gesteld dat wan neer voor bepaalde mensen voorzieningen worden getroffen, de daaruit vloeiende hogere kosten door hen moeten worden gedragen. Ten aanzien van de bouw van het overdekt zwembad heeft de heer v. d. Zwan het zelfde standpunt als het college. Ook hij wil niet tot de bouw van een 50m-bad over gaan, gezien het globale percentage van de hogere kosten en het daaruit vloeiende nodige hoger bezoek van 50%. Wanneer men toch een 50m-bad zou willen maken zou dit een grote gok zijn. Het college vindt dat het op dit moment niet moet denken aan een 5 Om-bad, maar dat het moet trachten meerdere 25m-baden te krijgen opdat de sport en recreatie meer verspreid kan worden beoefend. Met een 25m-bad doet men geen gok, met een 50m-bad doet men een grote gok. Tegenover de opmerking van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 846