31 JANUARI 1968 84 Een tweede punt dat ik onder de aandacht van Uw college zou willen brengen is het scheppen van open speelgelegenheden voor de jeugd. Nu wij een prachtig sportcentrum hebben waar vele sporten mogelijk zijn, zullen wij de animo, de interesse voor die sporten moeten aan kweken. Vele sporten die bij ons Nederlanders - perfectionistisch als wij zijn - blijkbaar slechts in goed verwarmde, verlichte en geaccom modeerde ruimten kunnen plaatshebben, vinden in het buitenland op alle daarvoor maar beschikbare terreinen buiten plaats. Ik denk aan basketbal en volleybal, welke sporten bijvoorbeeld in België op het eerste het beste plein en bij elke kantine van een zichzelf respecte rende fabriek plegen plaats te vinden. In de werkgroep voor spelpeil verbetering heb ik er indertijd voor gepleit dergelijke voorzieningen op plaatsen waar jeugd en jongeren bij elkaar komen - en toch zeker bij middelbare scholen - te treffen. Dat hieraan behoefte bestaat bewijst de voortdurend nodige uitbreiding van deze soort voorzieningen op het recreatiebad Wolfslaar. De zwemmogelijkheden buiten het zomerseizoen zijn nog steeds erg minimaal. Zwemonderricht is nog steeds maar zeer beperkt mogelijk en dan dik wijls nog op voor kinderen bijna niet of nauwelijks aanvaardbare tijd stippen. Ik hoop daarom dat het mogelijk zal zijn de bouw van de zwemin- V structiebaden en van het overdekte zwembad de grootst mogelijke prioriteit te geven. Met genoegen heb ik daarom uit het onrendabel investeringsplan ge merkt dat Uw college zich voorstelt reeds in 1968 met de bouw van de schoolinstructiebaden te beginnen. Het verdriet mij dat voor het overdekte zwembad nog slechts ontwerp- kosten worden geraamd, terwijl nog in het investeringsplan 1967 voor de jaren 1969 en 1970 voor de uitvoering van deze plannen totaal een bedrag van bijna 5. 000.000, -- was geraamd. ONDERWIJS. De moeilijkheden met de huisvesting van onze schoolkinderen schij nen wel overwonnen te zijn, al zijn het dan in vele gevallen nog slechts noodlokalen waarin het onderwijs gegeven moet worden. Als nu ook het plan voor het bouwen van gymnastieklokalen eens op korte tijd zou kunnen worden afgemaakt en wij zouden inderdaad in de komende twee jaar de 4 schoolinstructiebaden kunnen bouwen, dan is het geheel van de schoolverzorging in deze sector 25 jaar na de be vrijding eindelijk op peil gekomen. Grote wrevel bestaat - en terecht - bij het onderwijs nog steeds en in toenemende mate over het bedrag van de vergoeding ex artikel 55 bis van de lager-onderwijswet. Er bestaat een grote historische achterstelling van deze vergoedingen bij het westen en noorden van het land en ook, hoewel in mindere mate, tussen openbaar en bijzonder lager onderwijs. Zonder te willen stellen dat deze achterstand ineens of op korte ter-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 84