912 12 DECEMBER 1968 nische maar overigens toch wel typerende uiting van een ontwikkeling die men wil. Spreker is een groot voorstander van een nog intensievere samenwerking, maar dit kan aan de instellingen niet opgelegd worden. Spreker vraagt de beide voorgaande sprekers deze gedachte vooral in eigen kring te entameren. De eigenheid van de ver schillende instellingen moet bij de coördinatie als een bijzonder belangrijke zaak wor den gerespecteerd. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 39. HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR UITBREI DING VAN DE WIJKVERWARMING IN IJPELAAR. 40. HET GARANDEREN VAN RENTE EN AFLOSSING VAN HYPOTHE CAIRE LENINGEN AAN TE GAAN TER GEDEELTELIJKE FINANCIE RING VAN DOOR DE EIGENAARS TE BEWONEN NIEUWE WONIN GEN. 41. VERZOEK VAN HET BESTUUR VAN DE STICHTING KATHOLIEK M.A.V.O. EN M.E.A.O. TE BREDA OM MEDEWERKING OP GROND VAN HET BEPAALDE IN ARTIKEL 72 DER LAGER-ONDERWIJSWET 1920 VOOR HET UITBREIDEN VAN DE ONDER ZIJN BESTUUR STAANDE SCHOOL VOOR UITGEBREID LAGER ONDERWIJS MGR. HOPMANSSTRAAT 15. 42. DE REALISERING VAN EEN PERRONTUNNEL VANAF DE NOORD ZIJDE VAN HET NIEUWE STATION IN DE IN UITVOERING ZIJNDE SPOORWEGWERKEN „BREDA, HOOG Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten. 43. HET DOEN INRICHTEN VAN AANGEPASTE WOONRUIMTE TEN BEHOEVE VAN EEN LICHAMELIJK GEHANDICAPTE IN DE WONING LEEUWENHOF 29, ALSMEDE TOT HET AANVRAGEN EN AANVAAR DEN VAN DESBETREFFENDE STEUN UIT 's RIJKSKAS INGEVOLGE DE WONINGWET. De heer SPANJER gelooft, dat het goed is er eens de aandacht op te vestigen, dat de rijksbijdrage zodanig is vastgesteld, dat de wijzigingen, die aan de woningen wor den aangebracht, geen huurverhoging tot gevolg zullen hebben. Enkele maanden ge leden werden we geconfronteerd met een geval, waarin de rijksbijdrage op een zo danig peil stond, dat er een belangrijke huurverhoging uit voortvloeide. Het is nu voor de eerste keer gelukt om 100% medewerking van het rijk te krijgen en daaruit mag niet de conclusie getrokken worden, dat dit ook in volgende gevallen bereikt zal worden. Hij spreekt de hoop uit, dat het college er in volgende gevallen in zal slagen om ook dan dit resultaat uit de bus te krijgen. Wethouder VERMEULEN ondersteunt graag de hoop, die door de heer Spanjer werd uitgesproken. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 44. PREADVIES BETREFFENDE EEN UITKERING INEENS AAN GEMEEN TESECRETARISSEN EN ONTVANGERS IN NOORD-BRABANT. 45. BENOEMING VAN LEDEN EN PLAATSVERVANGENDE LEDEN VAN DE COMMISSIE, ALS BEDOELD IN ARTIKEL 8, le LID, VAN DE WOON- RUIMTEWET 1947. Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1968 | | pagina 938