998
2 DECEMBER 1969.
De VOORZITTER: Als ik het goed begrepen heb was dat laatste Zo<
dus het voorstel dat u bij het college op tafel wilt leggen. we
de
De heer VAN WERKHOOVEN: Ik geef het college eerst gelegen- uit
heid mijn voorstel over te nemen. de
ooi
De VOORZITTER: Het is mij duidelijk, mijnheer Van Werkhoo-
ven.
bei
De heer G. GIELEN: De wethouder heeft zojuist gezegd dat hij ga,
rekening moet houden met het geld. Ik vraag mij af of de reconstruc- pa,
tie van de Heuvel en de verkeerssituatie in de Heuvelwijk in 1971 dan ste
inderdaad in zoverre gewijzigd zullen zijn dat iedereen daarmee tevreden ov.
is. Daarnaast blijf ik mij afvragen waarom de verkeerssituatie in de Heu- he
velwijk moet wachten tot de reconstructie van de Dr. Struyckenstraat zij
voltooid is. ku:
da
De heer KROON: Ten aanzien van de verkeerscommissie blijf ik
van mening verschillen met de heer Van Werkhooven. Ik heb daarover be.
ook in het verleden al het een en ander gezegd en ik ben het volkomen zit
eens met de verdediging die namens het college is gegeven door wethou- va,
der Vermeulen. do.
De heer Van Werkhooven heeft het bijvoorbeeld over meer zeggen- tij
schap en meer inspraak van de raad. Ik zie dat helemaal niet. In de al- wa
lereerste plaats moet ik namelijk zeggen dat, wanneer bepaalde zaken be
in voorbereiding zijn bij het college van burgemeester en wethouders, m;
de leden van de verkeerscommissie die door de raad zijn benoemd - dij
wel degelijk door raad! - al inspraak hebben bij de voorbereiding van ge
de besluiten. Ik acht dit van groter belang dan wanneer er een raads- tei
afdeling zou komen, zoals wij die voor andere zaken al kennen, waar- wa
in deze voorstellen zouden worden behandeld. Bovendien acht ik hec wel
degelijk een zware belasting voor de raad wanneer deze zich met elk ch
voorstel tot het plaatsen van verkeersborden en weet ik veel wat nog ho
meer zou moeten bezig houden. Wij hebben dit immers gedelegeerd vo
aan het college. Dit lijkt mij volkomen onjuist en in dat opzicht ben ik be
het dan ook eens met het antwoord op vraag 73, namelijk dat dit een ge
stap terug zou betekenen. an
De heer Van Werkhooven heeft ingeslikt wat hij heeft gezegd da
over de bestuurlijke kant van deze commissie, maar wat hij niet heeft vr;
ingeslikt zijn zijn woorden over meer zeggenschap en meer inspraak. an
Ik moet zeggen dat die mijns inziens in een afdeling bepaald niet gro- gr.
ter zijn dan in de commissie wanneer de voorbereiding van de beslui- ba
ten nog bij het college is. zo
Wat de benoeming van de leden betreft wil ik hem eraan her- to.
inneren dat deze volledig door de raad geschiedt. Bij het vooroverleg al
dat direct na de verkiezingen plaatsvindt wordt wel degelijk rekening
gehouden met deskundigheid wanneer het gaat om de verkiezing van no
wethouders en de spreiding over de verschillende fracties van de leden he
van de diverse afdelingen. Daarbij wordt ook de afdeling verkeer be- le.
trokken, waarvoor wij in de raad naar de meest deskundige personen