1046 2 DECEMBER 1969. ope aan de orde is in de ontwikkeling van de streekschool. Paragraaf la: openbaar kleuteronderwijs. on2 der Paragraaf lb: bijzonder kleuteronderwijs. hee frai De heer DE GIJSEL: Naar aanleiding van de beantwoording van cer vraag 241 over de vergoeding per lokaal voor bijzondere kleuterscho- sch len kan men uitgaan van twee gedachten. Ten eerste: de bijzondere eer kleuterscholen moeten aantonen dat hun kosten boven de rijksbijdrage ver uitgaan; en ten tweede: de gemeente geeft uit wat nodig is, zet dit tal op de begroting en de exploitatie is altijd sluitend. Zoals blijkt uit de de berekening hebben de bijzondere kleuterscholen een tekort van Wa f 208, -- per lokaal per jaar, mits men de cijfers van de openbare lig! Kleuterscholen als basis neemt. ger Nu zijn er mijns inziens twee mogelijkheden; of de bijzondere ge\ kleuterscholen moeten stringent bezuinigen, wat niet mogelijk is om- zwi dat zij al tot het uiterste zijn gegaan, of de gemeentelijke kleuter- De scholen zijn te royaal en zullen moeten bezuinigen. sch Volgens de wet wordt er eens in de vijf jaar een berekening gri gemaakt en wanneer dan blijkt dat de openbare kleuterscholen het be- ree drag per lokaal overschrijden, kunnen de bijzondere kleuterscholen in er aanmerking komen voor een extra uitkering. Dit houdt in dat de bij- wij zondere kleuterscholen, wanneer zij per jaar 200, -- per lokaal te Be\ kort komen, over vijf jaar een bedrag van 1000, -- per lokaal zou- hoi den moeten opnemen. Geen rekening is gehouden met de nu reeds eer zeer hoge rente, terwijl ook moet worden gedacht aan de vermindering wa, van de koopkracht. vee Ik wil het college dan ook in overweging geven te bevorderen lijl dat er via de Vereniging van Nederlandse Gemeenten bij het rijk op stij wordt aangedrongen, de afrekeningen niet meer over een periode van vijf jaar, maar per jaar te doen geschieden, opdat er tijdig verreke- sen ning zal kunnen plaatsvinden. noj bas Wethouder BROEDERS: Ik zou, als de heer De Gijsel het mij har wil toestaan, niet willen ingaan op de vrij ingewikkelde wetsbepalin- gel gen rond de afrekeningen van het openbaar en bijzonder kleuteronder- nie wijs. Dit is een bijzonder technische materie en verder moet mij van het het hart dat er in de hele wet, ook voor het basisonderwijs, mijns in- we ziens nogal wat onvolkomenheden zitten. ter; Ik kan de gedachtengang van de heer De Gijsel wel volgen en hoe ik zeg hem toe te willen nagaan of er iets aan te doen is. Daar zijn ik zoals men weet echter wetswijzigingen voor nodig en dat is geen een voudige zaak in Nederland. vai Paragraaf 2a: openbaar basisonderwijs. bel Hierbij is tevens aan de orde het voorstel van burgemeester en wethou- oir ders te verzoeken aan de minister van Onderwijs en Wetenschappen om en toepassing van artikel 55 quater der lageronderwijswet 1920 voor de de:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 1046