2 DECEMBER 1969.
1071
sanitaire voorzieningen en vrijwaring van uitbuiting voor deze mensen,
maar ook om ontspanningsmogelijkheden en vooral ook om goodwill
van de eigen burgers van de stad en de streek. Bovendien is er een
aantal duidelijke volksgezondheidsaspecten, zowel van de buitenlan
ders als van de eigen bevolking. Er ligt op dit gebied een vrij groot
aantal problemen waarop de G. G.D. naar wij hopen bedacht is. In to
taal hebben deze problemen in ons land betrekking op ongeveer 55. 000
mensen die hier zijn gekomen om snel geld te verdienen en over te
houden.
De gewraakte misstanden ontstaan vooral door dit laatste aspect.
Waarom de Wereldraad van Kerken die misstanden dan ook karakteri
seert als een uitvloeisel van een typisch liberaal economisch standpunt
is mij niet duidelijk. Ik meen dat de Wereldraad zich daarmee iets te
gemakkelijk van het probleem afmaakt.
Wat is er aan dergelijke toestanden te doen? Het college van
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant zal, naar is toegezegd, met
de betrokken gemeentebesturen overleg plegen over de mogelijkheden
van controle en het opstellen van nieuwe brandvoorzieningen, veror
deningen op logeerinrichtingen en eventuele wijzigingen van de A.P.V.
In feite is het probleem veel groter. De mensen die door grote
bedrijven zijn aangetrokken, zijn meestal wel goede voorzieningen
en redelijke huisvesting gegarandeerd. Zij gaan echter bij die bedrijven
weg, in de hoop ergens anders in kortere tijd meer te kunnen verdienen,
zij het met langere werktijden. Natuurlijk hebben die mensen dan het
recht te verhuizen, dat is een individuele vrijheid die ook voor de
buitenlandse gastarbeider is vastgelegd. Ik meen zelfs dat dit in E.E. G-
verband bij de ondertekening van het vrije verplaatsingsbesluit is gega
randeerd.
Juist dit begrijpelijke streven alles op een koopje te krijgen
leidt echter, naast gebrek aan kennis van onze taal, onze leefwijze
en onze arbeidsvoorwaarden tot griezelige mogelijkheden als uitbui
ting bij huisvesting, het kopen van klandestien geslacht vee en alle
mogelijke andere bedenkelijke situaties. Uiteraard zullen de op te
stellen bepalingen - voor zover nodig ook in deze gemeente - naar ik
hoop een uniform en voor ieder geldend karakter krijgen, hoewel dit
in feite vanzelfsprekend is, waarbij ik er nog eens op zou willen wij
zen dat de hoofdingenieur-directeur voor Noord-Brabant, Ir. De Wilt
afgelopen zomer expliciet gesteld heeft dat voortdurende controle op
de voorschriften een eerste vereiste is in deze omstandigheden en ten
aanzien van deze mensen.
Mevrouw Van Mierlo, die juist vandaag een vergadering in
Parijs bijwoont over de gastarbeiders en dientengevolge hier niet aan
wezig kan zijn, heeft hierover contact met mij gehad en mij verzocht
ook een deel van haar betoog en kanttekeningen hier ten beste te ge
ven. Ik geef aan dit verzoek gaarne gevolg, in de hoop overigens dat
ik niet zal worden beticht van interfractionele versluiering of iets der
gelijks.
Mevrouw Van Mierlo houdt zich al lang met dit vraagstuk be
zig en heeft ook vragen gesteld aan het college, gevolgd door vragen
van de heer Van Gastel, over diverse aspecten van het verblijf van de