18 DECEMBER 1969. 1120 dan nog geloof ik dat het onverstandig zou zijn een dergelijk parkeer verbod in te stellen, omdat de praktijk heeft uitgewezen dat de contro le op de naleving van dit verbod vrijwel onmogelijk is. Hoe wil men controleren of iemand langer dan een uur of anderhalf uur heeft gepar keerd wanneer men niet ter plaatse aanwezig blijft om dit te constateren? Wij zijn dan ook van mening dat een dergelijke maatregel niet uivoer- baar is, zodat wij dit geen alternatieve mogelijkheid vinden. Er is gezegd dat de parkeerplaatsen op het Stationsplein slechts matig bezet zijn. Ik zou hierop willen antwoorden dat men van mening kan verschillen over wat men onder matig wil verstaan. Inderdaad zijn niet alle plaatsen altijd gedurende de gehele dag bezet en een van de overwegingen bij de discussie in de verkeerscommissie is dan ook ge weest dat het, waar het maar 50 of 60 meter lopen is van het Stations plein naar de Willemstraat, dwaasheid zou zijn een deel van de parkeer- meters van het Stationsplein naar de Willemstraat over te brengen. Zo luidde het voorstel aanvankelijk en daar heb ik toen "nee" op gezegd. De bewoners van de Willemstraat zitten met hun auto's, in de verre omtrek zijn er geen garages of parkeerplaatsen te vinden. Heeft de gemeente nu het recht parkeermeters te plaatsen wanneer zij niet voor normale parkeerruimte kan zorgen? Ik ben van mening dat de ge meente dat recht wel degelijk heeft, maar mijns inziens stelt men hier de zaak min of meer eenzijdig voor. Wanneer namelijk waar is wat diezelfde Willemstraatbewoners schreven in 1967 en dat nog eens door de heer Van Werkhooven is onderstreept, namelijk dat het terrein dat de Spoorwegen hebben aangelegd voor de langparkeerders niet wordt gebruikt en dat die auto's van 's morgens tot 's avonds in de Willem- straat langs het trottoir staan, dan vermag ik niet in te zien dat de voorgestelde maatregel het de bewoners van de Willemstraat moeilijk zou maken. Mijns inziens krijgen zij het gemakkelijker, want als men van 's morgens vroeg tot 's avonds laat auto's van langparkeerders voor de deur heeft staan heeft men gedurende de hele dag niet de mogelijkheid met de auto bij zijn huis of zaak te komen. Het college, daarin geadvi seerd door de verkeerscommissie, is dan ook echt van mening dat de mogelijkheden door deze maatregel niet zullen worden beperkt, doch integendeel verruimd, niet alleen voor de bedrijven, maar ook voor de eventuele bewoners. Er is gevraagd waarom de gemeente de laatste tijd alsmaar par keerruimte in de buurt van het station heeft opgeheven door het plaat sen van parkeermeters. De brief noemt de ruimte bij de brug Willem straat, de Kennedylaan, de Delpratsingel, de Academiesingel en het Stationsplein. Ik meen dat men ook in deze opstelling een aantal za ken niet onder één noemer had mogen brengen. Wanneer men namelijk vraagt waarom de gemeente de laatste tijd alsmaar parkeerruimte in de buurt van het station heeft ingetrokken en men zegt daarbij in één adem: door het plaatsen van parkeermeters op het Stationsplein, dan is dat mijns inziens niet juist. Ik geloof namelijk dat de gemeente de parkeerruimte daarmee niet heeft beperkt, maar daarentegen vergroot door de grotere frequentie die zich kan voltrekken en door te voorko men dat het Stationsplein, zoals tot dan toe het geval was, de hele dag

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 1120