1121 18 DECEMBER 1969. vol staat met auto's van langparkeerders. In overleg met de Spoorwe gen is, zoals de heer Van Werkhooven terecht heeft vastgesteld, een riante parkeermogelijkheid geschapen. Inderdaad ligt die niet precies voor de hoofdingang en men zal dan ook een 100 meter moeten lopen, maar de mogelijkheid is er. Men kan daar zijn auto kwijt en men zal dat ook wel doen wanneer men op een andere plaats, die men wat ge makkelijker vindt, niet: meer kan parkeren. Vandaar dit voorstel aan de raad, Het vierde punt van de brief behelst het aanleggen van parkeer ruimte tussen de bomen van het plantsoen. Men kan daar wel verschil lend over denken en daarbij het voorbeeld aanhalen van de Parkstraat, maar dan moet men wel bedenken dat wij het in de Parkstraat met bloedend hart hebben gedaan en om andere overwegingen dan in de Willemstraat aan de orde zijn. Wat was er in de Parkstraat namelijk het geval? De auto's die aan de rechterkant van de Parkstraat stonden, stonden recht tegenover de twee verkeersstromen die vanuit de Baro nielaan de Parkstraat inreden, waardoor deze verkeersstromen werden gefrustreerd. Dit heeft ertoe geleid dat wij hebben besloten dat die auto's in de Parkstraat dan in godsnaam - maar dan ook echt in gods naam - maar naar de andere kant moesten, opdat in ieder geval het verkeer uit de Baronielaan ongehinderd kon doorstromen. In de Wil lemstraat is de situatie heel anders. Daar wordt namelijk lang gepar keerd door mensen die niet in die straat wonen, maar van de trein gebruik maken en 's avonds hun auto weer meenemen. Daarvoor is deze maatregel bedoeld. Wanneer ik dan nu overga tot het beantwoorden van de vragen die ik nog niet in het algemeen heb behandeld, dan wil ik hetgeen mevrouw Van Mierlo heeft gesteld over het tekort aan parkeerplaat sen in zoverre afwijzen, dat er zowel voor langparkeerders als voor kortparkeerders de laatste jaren in de buurt van het station maatrege len zijn getroffen, zowel door de gemeente als door de N.S. Hetzelf de geldt voor de Binnensingel, tussen de Mauritssingel en de Kennedy- laan, daar zijn overal parkeerplaatsen gemaakt in het groen. Ik geloof niet dat dit alleen is gedaan voor publiek aantrekkende bedrijven en in dit verband moet ik nog iets zeggen over de opmerking van me vrouw Van Mierlo, die - overigens terecht - meende dat er een ver ordening bestaat krachtens welke publiekaantrekkende bedrijven kun nen worden verplicht te voorzien in de parkeerbehoefte die zij zelf oproepen. Ik geloof echter dat deze verordening heel moeilijk han teerbaar is wanneer men discriminatie wil voorkomen en wanneer men verder wil voorkomen dat men parkeerruimte moet laten creëren waar per se uit verkeersoogpunt geen parkeerruimte moet komen. Dat is namelijk ook mogelijk. Men kan zich bijvoorbeeld een gebouw voorstellen in een straat waar helemaal geen auto's mogen komen. In dergelijke gevallen zou er ten opzichte van verschillende bedrij ven een onevenwichtig beleid worden gevoerd en misschien kan dit een verklaring zijn voor het feit dat een bepaald bedrijf in de Wil lemstraat die verplichting dan ook niet is opgelegd. Mevrouw Van Mierlo heeft er haar bezorgdheid over uitgesproken dat de bussen wellicht hinder zouden ondervinden van de af- en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 1121