145
17 APRIL 1969
De VOORZITTER richt zich tot het publiek op de tribune en zegt
slechts éénmaal te waarschuwen en anders zo nodig de tribune te zul
len laten ontruimen.
Wethouder VERMEULEN vervolgt zijn betoog en stelt, dat men het
gezamenlijk was eens geworden met betrekking tot het geruis van de
verwarming onderzoekingen te verrichten.
Men heeft daartoe van buitenaf een deskundige aangetrokken, men
heeft de betrokkenen verzocht aan het onderzoek mede te werken,
men heeft deze medewerking bewerkstelligd, door te vragen van de
radiatoren in de eetkamer de warmtemeters te verwijderen, waarbij
men bij deze proef niet zou behoeven te betalen voor extra-gebruik
te energie. De proef is nog aan de gang; er is een tussentijds rapport
van de heer Melzer binnengekomen. Als het zover is, zal deze zaak
in de openbaarheid worden behandeld in deze raad. Het college zal
een en ander zeker in het overleg met de fractievoorzitters, dat op het
ogenblik aan de gang is, en ook in de afdeling voor de nutsbedrijven
aan de orde stellen.
Spreker gelooft, dat het afbreken van het contact om meer dan één
reden jammer is; men heeft vanuit een oogpunt van beleidsvoering
gemeend, dat de maat thans vol is, terwijl de verwarming niet
functioneert zoals deze zou moeten functioneren, waaruit de con
clusie is getrokken, dat afsluiting van het centraal verwarmingssysteem
moet plaatsvinden.
Daarop is het college tot een antwoord gekomen, dat aanleiding is
geweest om het vertrouwen in het college op te zeggen en om ieder
gesprek dat kan leiden tot verbetering van de toestand van de hand
te wijzen. Spreker deelt nogmaals mede, dat hij deze gang van
zaken betreurt, omdat hij gelooft, dat met goede wil van beide kan
ten een oplossing kan worden verkregen, die vrijwel eenieder tevre
den zou kunnen stellen. Spreker wil dan ook namens het college
toezeggen dat getracht zal worden op korte termijn met de raadsleden
gezamenlijk met inschakeling van deskundigen tot een definitieve
standpuntbepaling te komen. Met de fractievoorzitters is spreker van
mening dat deze zaak al te lang loopt. Spreker hoopt, dat deze defi
nitieve standpuntbepaling tot gevolg zal hebben dat degenen, die zich
thans door de overheid in de steek gelaten voelen, van inzicht kunnen
veranderen. De heer Vermeulen wil namens het college graag mede
delen, dat het er niet om gaat om - wanneer voor verbetering in
vesteringen nodig zouden zijn - deze investeringen niet te plegen.
Het college is tot het doen van investeringen bereid, wanneer blijkt
dat deze nodig zijn. Daarom moet primair zeer concreet komen vast
te staan, wat er in wezen aan de hand is. Namens het college zegt
spreker medewerking toe om dit te ontdekken. Zo nodig zal daarbij
het advies van een neutrale derde worden ingeschakeld om voor ons
en onze deskundigen aan te tonen, dat de installatie juist is - of niet
juist, dat zou ook kunnen. Het college is bereid de consequenties
daaruit te trekken en die verbeteringen aan te brengen, die eventueel
door de deskundigen noodzakelijk worden geacht. Spreker gelooft,
dat het college zich niet anders zou kunnen opstellen.