17 APRIL 1969
152
Tijdens de begrotingsbehandeling is gebleken, dat door het college het
standpunt werd ingenomën dat hieraan nu reeds uitvoering kan worden
gegeven.
ANTWOORD.
De aangehaalde ministeriële circulaire van 10 februari 1969 vestigt
nog eens de aandacht op de al bestaande prioriteit van de woningbouw
corporaties op het gebied van het realiseren van nieuwe bouwplannen
in de woningwetsector. Tevens is daarin gesteld, dat bij eventuele
uitvoering van een bouwplan voor rekening van de gemeente in het
vervolg tenminste overleg met de bouwverenigingen moet worden
gepleegd.
In ons voorstel tot de stichting van een complex van 48 woningwet
woningen in Heusdenhout, behandeld in Uw vergadering van 13 maart 1969
is een en ander gereleveerd.
Het op initiatief van de bouwverenigingen begonnen gesprek heeft
echter hoofdzakelijk zoal niet uitsluitend betrekking op de wenselijk
heid en uitvoerbaarheid van de overdracht van een aantal bestaande
woningcomplexen in eigendom aan de verenigingen.
Dit overleg is niet afgebroken, doch is nadat op 9 augustus 1968 de
laatste bespreking plaatsvond, geruime tijd onderbraken. Deze periode
is namelijk besteed aan het bezien van verschillende facetten, welke
aan eventuele overdracht zijn verbonden. Zowel op ambtelijk als be
stuurlijk niveau heeft dit, naast de vele andere werkzaamheden, nog
al tijd en studie gevraagd.
Intussen is het intern beraad zover gevorderd, dat dezer dagen het
overleg met de verenigingen is hervat.
Voor kennisgeving aangenomen.
4. VERNIEUWING RIOLERING IN RIETMAKERSTRAAT EN ENKELE
ANDERE STRATEN.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten,
5. WIJZIGING IN DE GEMEENTELIJKE VERTEGENWOORDIGING
IN DE COMMISSIE VAN OVERLEG.
De heer VAN LOON zegt namens zijn fractie mevrouw Stockmann-
van der Kallen kandidaat te stellen.
Daar geen andere kandidaten worden gesteld, stelt de voorzitter vast
dat mevrouw Stockmann is benoemd tot lid van de commissie van
overleg.
6. KREDIET VOOR KANTOORMACHINES VOOR OPENBARE WERKEN.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten.