191
22 MEI 1969
Men zal mij misschien tegenwerpen, zegt spreker, dat deze gronden
voor het gemeentebestuur niet zo verschrikkelijk duur zijn, omdat
de centrale overheid i 80 °]o van de kosten van stadssanering subsi
dieert, Dit is echter slechts een schijnargument. Waren deze subsi
dies van de centrale overheid aan de woningbouw ten goede gekomen,
dan zou de woningsituatie heel wat gunstiger zijn dan nu het geval is.
Voor de stadsagglomeratie Breda, zegt spreker, wordt voor 1980 een
inwonertal van rond 170.000 en voor 1990 van 220.000 240.000
voorzien. De stad Breda heeft nu echter de grenzen van haar moge
lijkheden voor woningbouw bereikt. Het bestemmingsplan Princen-
hage is het laatste plan en het aantal woningen, dat daar gebouwd
kan worden bedraagt ongeveer 1200, hetgeen neerkomt op een pro-
duktie van een jaar. Verdere bestemmingsplannen van betekenis kun
nen niet meer gemaakt worden, omdat er eenvoudig geen grond meer
is. Gedeputeerde staten hebben middels het streekplan bewezen,
dat zij een juiste kijk op de situatie in West-Brabant hebben en dat
zij in staat zijn een voortvarend beleid te voeren. Nu ongeveer vier
jaar geleden, zegt spreker, werd met Prinsenbeek overeenstemming
bereikt over grondruil. Deze gebiedsruil mocht niet doorgaan, om
dat een gemeentelijke herindeling op komst was. In feite verkeren
we nu nog in dezelfde situatie; de gemeentelijke herindeling zal wel
komen, doch niemand weet wanneer en voor Breda in ieder geval te
laat. Het gaat nu slechts om de vraag hoeveel jaar te laat. Spreker
hoopt, dat gedeputeerde staten doordrongen zijn van de ernstige si
tuatie, waarin Breda met betrekking tot de woningproduktie verkeert
en dat zij bereid zijn de gemeentelijke herindeling zoveel mogelijk
te bespoedigen.
Spreker heeft slechts een paar facetten van het streekplan aangehaald.
Voor het plan als geheel heeft zijn fractie grote waardering. Studies
als deze zijn noodzakelijk enerzijds om ons land leefbaar te houden
anderzijds om de werkgelegenheid voor onze groeiende bevolking op
peil te houden. Het plan is nog slechts een voorontwerp, doch hij
verwacht niet dat er ingrijpende wijzigingen in aangebracht zullen
worden. Dit plan bevat een opdracht en een uitdaging aan het pro
vinciaal bestuur en de gemeentelijke besturen. Ongetwijfeld een
zware opdracht, doch ook een opdracht die de moeite van het ver
vullen waard is daar het hier gaat om de welvaart en het welzijn
van de West-Brabantse bevolking. De begrippen welvaart en welzijn
vormen geen tegenstelling, zoals soms wel gesuggereerd wordt, doch
liggen in het verlengde van elkaar, omdat zonder welvaart wel
zijn uitgesloten is.
De heer VAN DER WERFF zegt,, dat ten einde te voorkomen, dat de
vrijheid van de mens door beperktheid van beschikbare ruimte in ge
vaar komt, de partij een krachtig beleid inzake ruimtelijke orde
ning verlangt. Dit staat in artikel 19 van het beginselprogramma
van de VVD en hij wil daarmee beginnen, omdat ten aanzien van
liberalen in hun houding ten opzichte van planning toch wel eens
onzekerheid bestaat. Hij meent, dat dit citaat die onzekerheid kan
wegnemen, omdat ook in de kringen van het liberalisme dit zeer
duidelijk onderkend wordt als een noodzaak van deze tijd gezien
tegen de achtergrond van de geringe beschikbare ruimte voor de
ruim 12 miljoen inwoners. Wel moet naar zijn mening een streek-