209
22 MEI 1969
De VAC schrijft Uw college, spreekt haar teleurstelling uit
over een vermeend tekort aan medewerking bij de gemeente
lijke instanties. Om nu de raad goed te informeren, zou ik
deze zin willen veranderen in "de VAC spreekt haar teleur
stelling uit over, niet een vermeend maar over een wezenlijk
tekort aan medewerking bij een gemeentelijke instantie."
Ik weet dat dit wat cru klinkt, maar ik ben van mening dat de
feiten zo liggen.
Verdere inhoud van het adres, zo schrijft Uw college, zou de
indruk kunnen vestigen, als zou het streven van de gemeente
zijn, om slechts aan de minimale eisen te voldoen bij de wo
ningbouw. Dit nu vind ik een heel nare opmerking, omdat de
VAC deze indruk zeker niet heeft willen wekken en ik trou
wens ook niet geloof dat dit uit de brief van de VAC opgemaakt
zou kunnen worden.
De VAC is zich wel degelijk bewust van het feit, dat de gemeen
te sterk financieel verbonden is, maar niettegenstaande toch
tracht het optimale te verwezenlijken. En heeft daar ok grote
waardering voor. Ik zou echter willen opmerken dat Uw pre
advies bij de raad de indruk zou kunnen vestigen, als zou de
VAC alleen maar met adviezen komen, die om financiële re
denen niet uitgevoerd kunnen worden. Mocht dit in het verle
den wel eens het geval geweest zijn, dan toonde de VAC
steeds begrip voor deze argumenten. Maar daarover gaan de
bezwaren van de VAC niet. Waar het wel om gaat is, dat zij
na haar reeds 12-jarig bestaan en na ettelijke gesprekken en
pogingen tot medewerking, nu nog steeds bij de gratie van
openbare werken zo nu en dan wel eens een tekening mag be
kijken van woningen die al in uitvoering zijn, zodat er weinig
of niets meer aan gewijzigd kan worden. Wat nu de bedoeling
van de VAC is, is de schetsplannen mede te beoordelen, zo
dat veranderingen tijdig kunnen worden aangebracht en dan
niet kostenverhogend behoeven te werken. Dat dit nooit kon
en in de toekomst niet zou kunnen komt mij niet erg geloof
waardig voor, als U bedenkt dat dit in vele andere gemeenten
wel kan.
Als treffend voorbeeld zou ik U Utrecht en Rotterdam willen
noemen. In Rotterdam was reeds kort na de oorlog een VAC
op deze manier werkzaam en wordt ook bij premie en parti
culiere bouw de VAC ingeschakeld en om advies gevraagd.
Utrecht functioneert voortreffelijk, daar is een uitstekende
samenwerking met de gemeente. De VAC Eindhoven, die pas
enkele jaren bestaat, kreeg recentelijk het heugelijke bericht
van het samenwerkingsorgaan Agglomeratie Eindhoven, dat
zij zou worden ingeschakeld bij de gemeentelijke bouwplan
nen van de onder deze agglomeratie vallende gemeenten.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden, waarvan er ongetwijfeld
veel meer zijn.
Dat de VAC's landelijk wel degelijk erkenning vinden mag
blijken uit het feit, dat de "functionele grondslagen van de
woning" werden samengesteld door het bouwcentrum in over
leg met de samenwerkende VAC's.