233 22 MEI 1969 Als de commissies hun werk hebben gedaan kan de gehele materie des gewenst nog eens in de raad terugkomen, zodat ook de raad zich over alle details van de zaken op de hoogte kan stellen» Spreker gelooft, dat het op dit moment inoppertuun is en ook weinig zinvol om in een discussie op allerlei onderwerpen in te gaan, In de vorige vergadering heeft hij namens het college mogen zeggen, dat het college echt voornemens is om er alles aan te doen wat in zijn vw- mogen ligt om de warmtemachine zo ongestoord mogelijk te laten - lopen» Aan de andere kant moet men echter begrip hebben voor het feit, dat geen enkele technische installatie welke dan ook ooit voor honderd procent en altijd zal functioneren. Er zullen zich incidenteel ook in dé toekomst storingen blijven voordoen. Die storingen moeten uiteraard binnen zekere grenzen blijven en als ze zich voordoen zal er een zodanig systeem moeten zijn, dat ze in de kortst mogelijke tijd opgeheven worden. Hij wil er voor waarschuwen, dat men niet moet denken, dat men in de toekomst een zodanig systeem zal vinden, dat elke technische storing kan worden voorkomen. In de komende situatie zal men echt naar eikaars argumenten moeten willen luisteren en daarom zal het goed zijn dat een onafhankelijk deskundige wordt ingeschakeld, die de totale voorzieningen vanuit zijn deskundigheid onderzoekt. Aan de dienst zijn door het college namen van deskundigen gevraagd. Er zijn drie deskundigen genoemd en de namen daarvan zijn: De Algemene Vereniging voor de centrale verwarmings- en luchtbehandelingsindustrie (A.C.I.) Den Haag; Adviesbureau Verhoeven te Amersfoort; Adviesbureau Hameleers te Sittard. De eerste twee kunnen pas in augustus komen en het derde bureau dat maar klein is zou reeds over enkele weken kunnen beginnen. Spreker noemt de tijden erbij, omdat hij vindt dat nu het contact er is men elkaar snel moet kunnen ontmoeten om zaken te doen. De heer van Loon heeft geconstateerd, dat de vier afgeslotenen inmiddels weer aangesloten zijn en dat dat een gevolg is geweest van het gepleegde overleg. Het college heeft zich in deze toch gedistancieerd van de af gegeven verklaringen zegt spreker, omdat hij vindt, dat de verklaring toch wel een eenzijdige versterking van de rechtspositie betekent ten koste van de anderen en wel in deze zin, dat de positie van de afge slotenen versterkt wordt, terwijl de positie van de gemeente verzwakt wordt. Hij meent, dat dit niet de bedoeling van de betrokkenen is ge weest. Alleen maar het feit, dat men bereid is over de zaak te gaan praten is voor het college voldoende aanleiding geweest om de aan sluitingen weer te herstellen. Spreker hoopt, dat het overleg zal leiden tot het door eenieder gewenste resultaat namelijk oplossing van alle problemen op dit gebied» Hij wil niet op voorhand zeggen, dat het geen geld mag kosten. Aan het adres van de heer Kroon antwoordt spreker, dat het college geen enkele bedenking heeft tegen de door de heer Verheggen in zijn brief genoemde personen en dat het voornemens is die mensen in de commissies te benoemen, temeer waar deze mensen blijkbaar het ver trouwen hebben van de beide groepen. Voor het college zijn het in elk geval dan de juiste gesprekspartners, waarmede het de problemen wil bespreken om te trachten tot de gewenste oplossing te komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 233