22 MEI 1969
236
De heer BA YENS zegt dat de geel-fase van verschillende verkeers
lichteninstallaties niet dezelfde tijd hebben. Er zijn fasen bij van drie
tellen en van vijf tellen. Hij vraagt waarom deze fasen niet bij elke
verkeerslichteninstallatie dezelfde tijd hebben.
De heer VAN DUN zegt, dat hij alle begrip en respect heeft voor
de ziekte van wethouder Gielen, maar, dat hij desondanks meent te
moeten constateren, dat de afdeling voor culturele zaken de laatste
tijd niet meer bij elkaar is geweest. In verband met de per 1 april
1969 ingestelde cultuurdienst en de verschillende oproepen in diverse
dagbladen voor gegadigden naar de functie van directeur van de cul
tuurdienst verzoekt hij het college op zeer korte termijn onder voor
zitterschap van een ander lid van het college een vergadering van de
afdeling van de cultuurdienst te beleggen om die afdeling te informe
ren met betrekking tot de gang van zaken inzake de benoeming van
een directeur van de cultuurdienst.
De heer VAN DER WERFF vraagt of het college reeds ruimten ge
huurd heeft voor het onderbrengen van de cultuurdienst en zo ja of
deze ruimten al in gebruik genomen zijn dan wel wanneer ze gebruikt
gaan worden.
De heer VAN DER WERFF vraagt of het college mededelingen kan
doen over de tot nog toe plaatsgevonden ontwikkeling met betrekking
tot het instellen van een koopavond voor de Bredase binnenstad.
De heer VAN DER WERFF vraagt of er klachten zijn ingekomen
over de muziek in diverse straten in de binnenstad, omdat die bijzon
der luid was dan wel gedurende lange tijd te horen was, dan wel om
dat de bewoners tevoren helemaal niet gepolst waren.
De heer VAN DER WERFF zegt in aansluiting bij hetgeen de heer
Bayens reeds gezegd heeft, dat hij reeds eerder gevraagd heeft bij
toeneming van de zwaarte van de agenda een vergadering in te lassen.
De heer MELZER vraagt of het college de Grote Kerk voldoende
beveiligd acht, als in een van de aangrenzende gebouwen aan de
Reigerstraat brand uitbreekt.
De heer SPANJER vraagt wanneer het accommodatierapport aan de
raad aangeboden wordt (betreffende ruimtebiedende gelegenheden).
De heer SPANJER zegt graag gei'nformeerd te worden over de stand
van zaken met betrekking tot het plan voor het bouwen van een ge
meenschapshuis in de wijk Tuinzigt.
De heer BROOIMANS zegt, dat enkele bewoners van de Moleneind-
straat hem benaderd hebben over de spaarzame verlichting van die
straat. Hij vraagt het college daaraan aandacht te schenken.
De heer BROOIMANS vraagt of de B. B.A. zich tot het college
gewend heeft om uitbreiding van de stadsautobusdienst naar Heusden-
hout. Hij geeft het college in overweging de verbinding te doen
doortrekken tot de Viersprong ten gerieve van de bewoners aldaar.