259 19 JUNI 1969 doch wanneer men dit stuk, de tekening en de maquette goed bekijkt, kan men stellen, dat het voor geheel Breda, ja zelfs regionaal van belang kan zijn. Spreker vindt het onderhavige voorstel een goed stuk. Toch meent hij dat het mogelijk moet zijn om een paar aanvullingen te suggereren, een paar wensen en verlangens te uiten. De wethouder heeft dat in de afdeling ook gezegd. Spreker waagt het er maar op een paar wensen naar voren te brengen: Op de eerste plaats wil spreker het voorstel van de heer Van Gastel om enige tennisbanen te overdekken faarne ondersteunen. Hij meent, dat zulks ook niet zo heel veel zal osten. Voorts mist hij in dit plan een ruig speelveld. In gedachten ziet hij reeds de vaders met hun kinderen spelen. Ook bij de algemene beschouwingen bij de begrotingsbehandeling heeft spreker al gesproken van parken, waar men meer kan doen dan wandelen. Vervolgens meent spreker, dat - waar zoveel sportvelden zijn - het mogelijk moet zijn dat de mensen komen kijken. Op het ogenblik komt in het plan geen tribune voor. Dat is ook niet nodig, doch spreker kan zich indenken, dat er op een gegeven moment een gelegenheid is om een tribune te plaatsen, doch dan moet er plaats voor zijn. Daarna gaat spreker in op de indeling van het terras, die in het voorstel nog niet vastligt. Spreker acht het nodig, dat men op dat terras gezellig kan zitten en iets zien van het sportgebeuren. Het zal wel wat kosten, doch het is ook wel zeer nuttig. Verder mist spreker iets levends in de op zet van het sportpark. Hij doelt niet direct op een kinderboerderij, maar hij denkt in de richting van vogels. Er is nu de mogelijkheid om op dit gebied iets te doen. Hij verwacht niet, dat de wethouder on middellijk toezeggingen zal doen, doch hij wil dit idee wel in over weging geven. Het lijkt hem bijzonder leuk voor kinderen om iets levends te kunnen bekijken. Hij meent, dat juist in de stedelijke centra de dagrecreatie belangrijk is en dat dit park nu de mogelijkheid biedt om ook op dit terrein iets tot stand te brengen. Spreker zegt naar aanleiding van een interruptie, dat hem niet bekend is of men ter plaatse kan vissen. In de directe omgeving kan het wel. Tenslotte merkt spreker op, dat hij meent goed te hebben gelezen, dat er 's winters ijsbanen komen. Hij hoopt, dat dit de aanloop zal zijn voor een ijsstadion. De heer MELZER uit zijn ernstige bezwaren tegen de wijze waarop dit voorstel is voorbereid en in behandeling gebracht en wijst op de verantwoordelijkheid, die het college daarvoor draagt. Inspraak, democratisering - dat is echt the topic of the day - maar deze gang van zaken is toch wel in flagrante tegenspraak hiermee. Donderdag j.l. is dit stuk in de afdeling voor openbare werken aangehouden. Spreker kan zich voorstellen, dat in een andere raadsafaeling toch op behandeling wordt aangedrongen en dat het college daartoe besluit. Maar dan mocht spreker minimaal verwachten, dat er een telefoontje was gekomen bestemd voor de leden van de afdeling openbare werken, met de mededeling, dat het standpunt veranderd is en dat het stuk alsnog in behandeling komt. Dan hadden de betrokken leden tenminste hun aandacht aan het stuk kunnen geven, hetgeen nu niet gebeurd is. Spreker protesteert ernstig tegen deze gang van zaken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 259