267
19 JUNI 1969
Mevrouw KRENS-WAGTMANS herhaalt haar vraag of het niet mogelijk
is halfjaarlijks een controle in te stellen.
Wethouder BROEDERS wil gaarne het gehele probleem bespreken,
daar hij op dit moment niet direct een antwoord kan geven.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
WIJZIGING VAN DE GEMEENTELIJKE SUBSIDIEREGELING T.B.V.
HET DAGVERBLIJF VOOR GEESTELIJK GEHANDICAPTEN VAN DE
DR. JOHANNES KARDINAAL DE JONG-STICHTING.
De heer VAN LOON verzoekt om tegelijkertijd met dit agendapunt
punt 25 te behandelen, daar beide onderwerpen dicht bij elkaar liggen.
DE VOORZITTER STELT PUNT 13 AAN DE ORDE EN PUNT 25:
VERLENEN VAN EEN JAARLIJKSE SUBSIDIE AAN DE DR. JOHANNES
KARDINAAL DE JONG-STICHTING T.B.V.DE EXPLOITATIE VAN EEN
OP TE RICHTEN DAGVERBLIJF VOOR ZEER JEUGDIGE GEHANDICAPTEN.
De heer VAN LOON zegt, dat hij met grote belangstelling de voor
stellen heeft gelezen. Daarbij heeft hij nauwkeurig nagegaan, wat
er de laatste 10 jaren rond de subsidiëring van het werk voor de geeste
lijk gehandicapten is gedaan. Hij meende in eerste instantie, dat hij
hieraan in deze vergadering aandacht moest besteden. Bij nadere
bestudering echter is hem gebleken, dat feitelijk de gehele subsidie
verlening in het verleden in de beide voorstellen: zo uitputtend en duidelijk
is behandeld, dat het weinig zinvol zou zijn een en ander in deze verga
dering te herhalen. Bovendien meent spreker, dat het werk voor de
geestelijk gehandicapten langzamerhand een zo vanzelfsprekende zaak
geworden is, dat er eigenlijk weinig woorden nodig zijn om duidelijk
te maken, dat dit natuurlijk een taak is van de gemeenschap. Bij het
doornemen van alle ingewikkelde subsidieregelingen zou men zich af
kunnen vragen, of het niet veel eenvoudiger en verstandiger zou zijn,
wanneer de centrale overheid de gehele subsidiëring van dat werk
overneemt. Het is zo duidelijk een taak van het hele volk, dat het
toch eigenlijk een beetje schril af steekt, dat er zeer ingewikkelde
regelingen moeten worden gemaakt om dit noodzakelijke werk te
kunnen subsidiëren. In. de voorstellen wordt gesproken over de exploita
tie van een dagverblijf en wan een sociaal-pedagogisch bureau. Hier
wordt speciaal de aandacht gevraagd voor de subsidiëring van het dag
verblijf. Het sociaal-pedagogisch bureau is een andere zaak, die een
andere wijze van subsidiëring vraagt. Het is verheugend, dat de rijks-
subdidieregeling het mogelijk heeft gemaakt om tot oprichting van een
dagverblijf voor de zeer jeugdigen te komen. Spreker zegt, dat de
voorstellen duidelijk zijn en dat hij het college dankt voor deze wijze
van subsidiëring, waardoor het mogelijk is ook de zeer jeugdige gehan
dicapten te verzorgen.